De
Brabantse munt te
Antwerpen
De munt te Antwerpen (in
het Frans Anvers) was
één van de
belangrijkste
muntplaatsen in de
toenmalige zuidelijke
Nederlanden. De eerste
muntslag is reeds
begonnen in de
Merovingische tijd (ca.
7e eeuw). In de
middeleeuwen zijn er
aanzienlijke hoeveelheden
munten geslagen door de
diverse elkaar opvolgende
Brabantse hertogen.
Halverwege de 15e eeuw
kwam de Antwerpse bloei
op zijn hoogtepunt toen
Brabant de plaats innam
van Vlaanderen als
centrum van de economie
en handel. Dit kwam
doordat de stad Brugge
(in Vlaanderen) steeds
moeilijker bereikbaar
werd voor de scheepvaart
door het dichtslibben van
het Zwin. Tevens ging de
lakenindustrie in
Vlaanderen achteruit
omdat de Engelsen zelf
laken gingen vervaardigen
en dit vooral naar
Brabant exporteerden.
Toen de opstand tegen
Philips II in de
noordelijke Nederlanden
begon brak er voor
Antwerpen ook een andere
tijd aan. De Spaanse
troepen die in de
Nederlanden gelegerd
waren sloegen steeds
vaker aan het muiten en
plunderen omdat hun
soldij vaak maanden niet
betaald werd. De stad
Antwerpen werd zelf ook
slachtoffer van zo'n
plundering door Spaanse
troepen. Zelfs voor de
koningsgetrouwe
zuidelijke gewesten was
nu de maat vol en
verbonden zij zich in
1576 middels de
pacificatie van Gent met
de noordelijke
Nederlanden om de Spaanse
troepen het land uit te
werken. Vanaf die tijd
was Antwerpen voor de
opstandige gewesten een
belangrijk bolwerk tegen
de Spanjaarden. In 1585
werd Antwerpen echter na
felle strijd veroverd
door de Spaanse
legeraanvoerder Parma.
Dit betekende voor
Antwerpen het einde van
haar economische bloei.
Honderden mensen trokken
weg uit Antwerpen naar
het noorden en de Schelde
werd door het leger van
Oranje afgesloten zodat
geen schip Antwerpen meer
kon bereiken. De muntslag
te Antwerpen bleef echter
tot in de 18e eeuw nog
zeer omvangrijk. De munt
werd in 1758 gesloten
toen door centralisering
van de muntslag werd
besloten om alleen nog in
Brussel munten te slaan
voor de zuidelijke
Nederlanden.
MUNTMEESTERS: |
VAN
- TOT: |
Thomas
Jonghelinck Pieter van den Walle Jean Noirot Adriaen Noirot Jacob van Voeren Jean Noirot Floris Florisz. Gertrude Sengers Jacob Walraven Pieter Baseliers Gertrude Sengers Pieter Zinck Jan Vets Adelheid Pauwels Cornelis de Letter Dominique Wouters Jeanne van Liebeke Jan van Liebeke Jan Emonts Willem Jansz. Emonts Arthur Emonts Hieronymus Verdussen Maarten Cambier Simon Cambier Gillis v/d Heyden Leonard Damery Gilbert Clenaerts Caspar Antheunis George de Bruyn George de Roovere Pieter van Vreeckem Marc Tserstevens Jean Sneyers sr. Jean Sneyers jr. Jean v/d Borcht Jean van Hullegarde Jean Buyssen Thomas v/d Motten |
1542
- 1548 1548 - 1552 1552 - 1555 1555 - 1560 1560 - 1561 1562 - 1572 1572 - 1579 1579 - 1581 1581 1581 - 1585 1585 - 1586 1587 - 1593 1594 - 1598 1598 - 1600 1600 - 1606 1607 - 1619 1619 - 1620 1619 - 1624 1624 - 1627 1627 - 1628 1627 - 1629 1627 - 1636 1630 - 1636 1636 - 1638 1638 - 1639 1639 - 1641 1641 - 1642 1642 - 1657 1657 - 1682 1682 - 1691 1691 - 1696 1697 - 1701 1702 - 1720 1724 - 1728 1724 - ? 1744 - 1745 1749 - 1752 1752 - 1758 |
Muntmeesters
Jean Noirot was
waarschijnlijk dezelfde
die tijdelijk muntmeester
was in 1580 te Zeeland.
Hij vluchtte in 1572 uit
Antwerpen vanwege fraude.
Floris Florisz. was
voordat hij naar
Antwerpen ging
muntmeester van
Overijssel en Utrecht. Gertrude Sengers (ook wel Sangers genoemd) was mogelijk
de echtgenote van Willem Senger. Deze Willem was in 1565 muntmeester van graaf
Willem van den Bergh te 's-Heerenberg1.
STEMPELSNIJDERS: |
VAN
- TOT: |
Jeronimus van den Manacker | 15?? - 15?? |
ESSAYEURS: |
VAN
- TOT: |
Peeter Clenaerts | 16?? - 16?? |
Muntteken
Het muntteken van de
Antwerpse munt is de
afbeelding van een
handje, dit handje is
afkomstig uit het wapen
van de stad Antwerpen. In
1474 werd dit teken
ingevoerd als
muntmeesterteken maar
bleef in gebruik als
muntteken.
De afbeelding van het
handje komt niet alleen
op munten voor. Ook
muntgewichten en bakjes
van pijlgewichten dragen
dit herkenningsteken van
Antwerpen.
De munten van Karel V
(1506-1555)
Op de koperen korten van
Karel V staat een
klauwende leeuw naar
links (1) afgebeeld. Het
uitgebreide wapenschild
van Karel V komt niet
voor op het koperen
kleingeld.
Ondanks dat Karel V op 25
oktober 1555 het gezag
aan zijn zoon Philips II
overdroeg zijn er te
Antwerpen (en ook te
Maastricht) nog korten
geslagen met zijn naam en
beeltenis die het jaartal
1556 dragen.
ANT.1: korte.(GH.198)
VOORZIJDE: Gekroond
borstbeeld van Karel V
naar rechts.
TEKST: CA. D.G.V. IMP.
HISP. REX. (handje) (jaar)
De
tekst is voluit: Carolus
V Dei gratia imperi
Hispaniarum rex, en
betekent: keizer Karel V,
bij Gods gratie koning
van Spanje.
KEERZIJDE: Klauwende
leeuw naar links binnen
een cirkelvormige
versiering.
Muntmeester:
Thomas
Jonghelinck.
ZJ
1543
1544
1545
1546
1547
1548
Muntmeester:
Pieter van den Walle.
1549
1551
1552
Muntmeester:
Jean Noirot.
1553
1554
1555
Muntmeester:
Adriaen Noirot.
1556
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (Handje)
CARO.D.G.V.IMP.HISP.REX (jaartal)
B:
(Handje) CA.D:G.V.IMP.HISP.REX. (jaartal)
C:
(Handje) CA.D:G:V.IMP.HISP.REX. (jaartal)
D:
(Handje) C.A.D()G.V.IMP.HISP.REX (jaartal)
E:
(Handje) CAROLVS.D:G.V.IMP.HISP.REX. (jaartal).
1: Met volledig
jaartal.
2: Met afgekort jaartal.
Info:
Variant A1 (1543), particuliere collectie.
Variant E1 (1543), particuliere collectie.
Variant C1 (1547), particuliere collectie.
Variant B1 (1549), particuliere collectie.
Variant ?2 (1549), particuliere collectie.
Variant D1 (1551), particuliere collectie.
De koperen korte was bij
ordonnantie van 7 april
1543 ingevoerd. De
exemplaren met het
muntteken ster, lelie en
Gelders kruisje zijn
geslagen te Maastricht,
Vlaanderen en Nijmegen.
Op de Antwerpse
exemplaren staat het
muntteken handje. Het
herkennen van het juiste
munthuis kan problemen
geven bij gesleten
exemplaren. Van deze
muntjes gingen er 128 in
een mark werks wat een
gewicht van 1,92 gram
moest opleveren.
De munten van Philips II
(1555-1598)
Op 25 oktober 1555 nam
Philips II het gezag over
van zijn vader,
koning/keizer Karel V.
Het wapen dat Philips op
de koperen munten van
Antwerpen gebruikte is
een gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild
verdeeld in meerdere
kwartieren.
1 = Wapen van Oostenrijk
(in rood een zilveren
dwarsbalk).
2 = Wapen van nieuw
Bourgondië (blauw
bezaaid met gouden
lelies).
3 = Wapen van oud
Bourgondië
(geschuinbalkt van goud
en blauw, rood omzoomd).
4 = Wapen van Brabant (in
zwart een gouden leeuw,
rood getongd).
5 = Wapen van Vlaanderen
(in goud een zwarte
leeuw, rood getongd).
ANT.1A: biljoen duit.(GH.227-1)
VOORZIJDE: Een scheef
geplaatst stokken kruis
welke door een vuurijzer
heen gestoken is, van het
vuurijzer springen
vonken.
TEKST: (Handje) PHS. D:G. HISP. Z.
REX. D. B (of
variant). De tekst is
voluit: Philippus Dei
gratia Hispaniarum z rex
dux Brabant, dit betekent: Philips, bij
Gods gratie koning van
Spanje en hertog van
Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild.
TEKST: DVS. MIHI.
ADIVTOR (of variant), dit betekent: de Heer is mijn
helper.
Muntmeester: Jean Noirot.
ZJ (Ca. 1558-72)
Info:
Deze duiten zijn geslagen met een laag zilvergehalte van 142/1000. Gewicht
ca. 0,77 gram (320
uit een mark).
ANT.2: korte.(GH.229)
VOORZIJDE: Gekroond
borstbeeld van Philips II
naar rechts.
TEKST: PHS. D:G.
HISP.Z.REX.D.B. (handje) (of
variant). De tekst is
voluit: Philipus Dei
gratia Hispaniarum rex
dux Brabant en betekent:
Philips, bij Gods gratie
koning van Spanje en
hertog van Brabant.
KEERZIJDE: In het midden
een kruis met daaromheen
vier vuurijzers waar de
vonken vanaf springen.
Het geheel wordt omgeven
door een bladerkrans.
Muntmeester: Adriaen
Noirot.
ZJ
(Ca. 1560)
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: PHS. D
( )P( )N. Z. REX. D. B( ) (handje)
Info:
Net als Karel V heeft ook
Philips II korten
aangemunt van zuiver
koper met een gewicht van
1,92 gram wat later bij
de Statenkorten verlaagd
is naar 1,2 gram.
ANT.3: korte.(GH.231)
VOORZIJDE: Gekroond
borstbeeld van Philips II
naar rechts.
TEKST: PHS. D:G.
HISP.REX.D.BR. (of
variant) en handje onder
borstbeeld. De tekst is
voluit: Philipus Dei
gratia Hispaniarum rex
dux Brabant en betekent:
Philips, bij Gods gratie
koning van Spanje en
hertog van Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild.
TEKST: DOMINVS. MIHI.
ADIVTOR (of variant). Dit
betekent: de Heer is mijn
helper.
Muntmeester: Floris
Florisz.
ZJ
(Ca. 1575)
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A:
(handje) PHS DG HISP REX D BR
B:
(handje) PHS DG H ( )EX D BRA
KZ: a: DOMINVS MIHI ADIVTOR
Info:
De korte was een munt die
een waarde had van 2
mijten. De mijt bestond
er in twee soorten, de
Vlaamse mijt van 1/48
stuiver en de Brabantse
mijt van 1/72 stuiver. De
eerste korten zijn
geslagen in de 14e eeuw
van biljoen (legering van
zilver met veel koper).
Net als Karel V heeft ook
Philips II ze aangemunt
van zuiver koper met een
gewicht van 1,92 gram wat
later bij de Statenkorten
is verlaagd naar 1,2
gram.
ANT.4: dubbele korte.(GH.230)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Philips II zonder kroon,
naar rechts.
TEKST: PHS D:G HISP Z
REX. D BRA. (of variant)
en handje onder borstbeeld. De
tekst is vol- uit:
Philipus Dei gratia
Hispaniarum rex dux
Brabant en betekent:
Philips, bij Gods gratie
koning van Spanje en
hertog van Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild gelegen op
een kruis.
TEKST: .DOMINVS. MIHI.
ADIVTOR. (of variant).
Dit betekent: de Heer is
mijn helper.
Muntmeester: Floris
Florisz.
ZJ
(Ca. 1575)
Info:
De dubbele korte werd
geslagen met een gewicht
van 3,84 gram (64 uit een
mark).
De Statenmunten onder
Philips II
De Staten van Brabant
sloten zich aan bij het
opstandige noorden
middels de pacificatie
van Gent en begonnen te
Antwerpen Statenmunten te
slaan met het devies PACE
ET IUSTITIA (vrede en
gerechtigheid). Deze
munten zijn zonder
jaartal geslagen tussen
1576 en 1581. Op de
voorzijde staat gewoon
het portret van Philips
II met zijn naam en
titels. In deze tijd
vertrouwde men nog op de
koning maar was de
opstand meer gericht
tegen zijn uitvoerders
ter plaatse en tegen de
muitende en plunderende
Spaanse troepen.
ANT.5: Statenduit.(GH.253)
VOORZIJDE: Gekroond en
versierd wapenschild van
Oostenrijk-Bourgondië.
TEKST: PHS. D:G. HISP. Z.
REX. DVX. BRA. (of
variant). Dit is voluit:
Philipus Dei gratia
Hispaniarum z rex dux
Brabant en betekent:
Philips Gods gratie
koning van Spanje en
hertog van Brabant.
KEERZIJDE: Een scheef
geplaatst stokken kruis
welke door een vuurijzer
heen gestoken is. Van het
vuurijzer springen vonken
af en eronder hangt een
lammetje, dit is het
teken van de orde van het
gulden vlies. Boven het
kruis is een kroontje
geplaatst.
TEKST: (handje) PACE. ET.
IVSTITIA. (of variant),
dit betekent: vrede en
gerechtigheid.
Muntmeester: Gertrude
Sangers.
ZJ
(Ca. 1580)
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: PHS D:G HISP Z REX. DVX. BRA.
KZ: a: .PACE. ET.
IVSTITIA
(handje).
Info:
Variant Aa (zj), particuliere collectie.
Deze Statenduiten werden
geslagen met een gewicht
van ca. 3,62 gram (68 uit
een mark).
ANT.6: Statenoord.(GH.252)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Philips II zonder kroon,
naar links of rechts.
TEKST: PHS. D:G. HISP. Z.
REX. DVX. BRA (handje) (of
variant). De tekst is
voluit: Philipus Dei
gratia Hispaniarum z rex
dux Brabant en betekent:
Philips Gods gratie
koning van Spanje en
hertog van Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild van
Oostenrijk-Bourgondië.
Om het wapen heen hangt
de keten van de orde van
het gulden vlies.
TEKST: PACE. ET.
IVSTITIA. (of variant),
dit betekent: vrede en
gerechtigheid.
Muntmeester: Gertrude
Sangers.
ZJ
(Ca. 1580)
Info:
Deze Statenoorden werden
geslagen met een gewicht
van ca. 7,24 gram (34 uit
een mark).
Herstelde muntslag onder
Philips II
Vanaf ca. 1583 begonnen
er diverse Spaanse
heroveringen onder
leiding van de hertog van
Parma. In 1584 werd
Antwerpen heroverd en
langzamerhand vielen de
gehele zuidelijke
Nederlanden weer in
Spaanse handen. In het
munthuis te Antwerpen
werden daarna weer
hertogelijke munten van
Philips II geslagen.
ANT.7: hertogelijke duit (gigot).(GH.233)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Philips II naar rechts
zonder kroon.
TEKST: PHS. D:G. HIS. Z.
REX. DVX. B. (of
variant). Onder het
borstbeeld staat het tot
twee cijfers afgekorte
jaartal, gesplitst door
een handje. De tekst is
voluit: Philipus Dei
gratia Hispaniarum z rex
dux Brabant, dit
betekent: Philips, bij
Gods gratie koning van
Spanje en hertog van
Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild.
TEKST: DOMINVS. MIHI.
ADIVTOR. (of variant),
dit betekent: de Heer is
mijn helper.
Muntmeester: Pieter
Zinck.
1587
1589
1590
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A:
(cijfer)(handje)(cijfer) .PHS. D.G.
HISP Z REX. DVX. BRA.
KZ: a: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR
(handje).
Info:
Variant Aa (1587), particuliere collectie.
Na de herovering van
Antwerpen werden de
munten weer geslagen
volgens de muntvoet van
de koning. Deze duiten
werden geslagen met een
gewicht van ca. 2,72 gram
(90 uit een mark).
ANT.8: hertogelijk oord (liard).
(GH.232)
VOORZIJDE: Gekroond
borstbeeld van Philips II
naar links.
TEKST: PHS. D.G. HIS. Z.
REX. DVX. B. (of
variant). Onder het
borstbeeld staat het
jaartal welke gesplitst
is door een handje. De
tekst is voluit: Philipus
Dei gratia Hispaniarum z
rex dux Brabant, dit
betekent: Philips, bij
Gods gratie koning van
Spanje en hertog van
Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild.
TEKST: DOMINVS. MIHI.
ADIVTOR (of variant), dit
betekent: de Heer is mijn
helper.
Muntmeester: Pieter
Zinck.
1587
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A:
15(handje)87 .PHS. D:G. HISP Z REX. DVX. BRA.
B:
8(handje)7 .PHS. D:G. HISP Z REX. DVX. BRA.
KZ: a: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR.
b: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR
(handje)
Info:
Variant Aa (1587), particuliere collectie.
Variant Bb ((15)87), particuliere collectie
Ook de oorden werden na
de herovering van
Antwerpen weer geslagen
volgens de muntvoet van
de koning. Gewicht ca.
5,44 gram (45 uit een
mark).
ANT.9: Bourgondische
duit.(GH.234)
VOORZIJDE: Een scheef
geplaatst stokken kruis
welke door een vuurijzer
heen gestoken is. Van het
vuurijzer springen vonken
af en eronder hangt een
lammetje, dit is het
teken van de orde van het
gulden vlies. Boven het
kruis is een kroontje
geplaatst en aan
weerszijden van het kruis
staat het jaartal.
TEKST: PHS. D:G. HISP. Z.
REX. DVX. BRA. (handje) (of
variant). De tekst is
voluit: Philipus Dei
gratia Hispaniarum z rex
dux Brabant, dit
betekent: Philips, bij
Gods gratie koning van
Spanje en hertog van
Brabant.
KEERZIJDE: Gekroond
Oostenrijks-Bourgondisch
wapenschild.
TEKST: .DOMINVS. MIHI.
ADIVTOR (handje) (of variant). Dit
betekent: de Heer is mijn
helper.
Muntmeester: Jan Vets.
1596
1597
1598
Info:
Deze
"Bourgondische"
duiten werden net als de
duiten met borstbeeld
geslagen met een gewicht
van 2,72 gram (90 uit een
mark).
De munten van Albertus
& Isabella
(1598-1621)
Op zijn sterfbed had
Philips II de Nederlanden
aan zijn dochter Isabella
geschonken die in het
huwelijk zal treden met
Albertus van Oostenrijk.
Als hun huwelijk
kinderloos zal blijven
dan vervallen de
Nederlanden na hun dood
weer aan de Spaanse
kroon. Isabella huwt te
Ferrara (in Italië) met
Albertus van Oostenrijk,
en samen nemen zij de
taak op zich om de
Nederlanden te gaan
besturen. Zij hopen ook
het noorden voor zich te
winnen maar de opstandige
gewesten willen niets
weten van een verzoening
en dus gaat de oorlog ook
onder Albertus &
Isabella gewoon door.
Op de Antwerpse koperen
munten van Albertus en
Isabella komen 3
verschillende
wapenschilden voor:
Wapen 1: |
1 = Oostenrijk (in rood
een zilveren dwarsbalk).
2 = Bourgondië
(geschuinbalkt van goud
en blauw, rood omzoomd).
Wapen 2: |
1&2 als in wapen 1.
3 = Wapen van Brabant (in
zwart een gouden leeuw,
rood getongd).
Wapen 3: |
1 = Hongarije (3
dwarsbalken).
2 = Bohemen (Leeuw).
3 = Kastilië (in rood
een gouden kasteel, blauw
gesloten en verlicht).
4 = León (in zilver een
goud gekroonde rode
leeuw).
5 = Sicilië
(schuingevierendeeld van
Aragon en Hohenstaufen,
in zilver een zwarte
adelaar).
6 = Portugal (5 blauwe
schildjes in een rand van
7 gouden kasteeltjes).
7 = Oostenrijk (in rood
een zilveren dwarsbalk).
8 = Oud Bourgondië
(geschuinbalkt van goud
en blauw en rood
omzoomd).
9 = Nieuw Bourgondië
(blauw bezaaid met gouden
lelies, een schildzoom
geblokt van rood en
zilver).
10 = Brabant (in zwart
een gouden leeuw, rood
getongd).
11 = Vlaanderen (in goud
een zwarte leeuw, rood
getongd).
12 = Tirol (in zilver een
rode adelaar).
ANT.10: denier.(GH.303 -
AvK.31/32)
VOORZIJDE: Gekroonde
letters AE van Albertus
& Elisabeth.
TEKST: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G. (of
variant). Dit is voluit:
Albertus et Elisabeth Dei
gratia en betekent:
Albertus en Elisabeth,
bij Gods gratie (de tekst
gaat op de keerzijde
verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild (1) vertikaal gedeeld, het
wapenschild is gelegen op
een schuin geplaatst
stokkenkruis.
TEKST: .ARCH. AVST. DVC.
BVRG. ET. BRA.(handje). (of
variant). Dit is voluit:
Archiduces Austria duces
Burgundie et Brabant en
betekent: aartshertogen
van Oostenrijk en
hertogen van Bourgondië
en Brabant.
Muntmeester: Cornelis de
Letter.
1606
Muntmeester: Dominique
Wouters.
1607
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G.
B: .ALBERTVS. ET. ELISABET.
D:G (handje)
1: Jaartal op de
voorzijde naast de
letters AE.
2: Jaartal op de
keerzijde naast het
wapenschild.
KZ: a: ...
(handje). ARCH. AVST. DVC. BVRG.
ET. BRA:
b: ..ARCH. AVST. DVC. BVRG. ET.
BRA (handje)
c: .ARCH. AVST. DVC. BVRG. ET.
BRA (handje)
d: ...
ARCH. AVST. DVC. BVRG.
ET. BRA (handje)
Info:
Variant A1d (1607), particuliere collectie.
Een denier was een muntje
met een waarde van een derde oord.
Het voorschrift was 192
stuks uit een mark, dit
geeft een gewicht van ca.
1,28 gram per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 1 april 1606 tot
7 september 1607 ca.
68.976 stuks.
Periode 7 september 1607
tot 4 september 1609 ca.
36.136 stuks.
Er bestaan 1/3 oortjes
van Luik die erg veel op
deze muntjes lijken. Het
monogram bestaat dan
echter niet uit de
letters AE maar uit FB
(van Ferdinand van
Beieren).
ANT.11: gigot (duit).(GH.300 -
AvK.26/27)
VOORZIJDE: Gekroond
wapenschild (2)
met meerdere kwartieren.
TEKST: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G. (of
variant). Dit is voluit:
Albertus et Elisabeth Dei
gratia en betekent:
Albertus en Elisabeth,
bij Gods gratie (de tekst
gaat op de keerzijde
verder).
KEERZIJDE:
Schuin geplaatst
stokkenkruis welke door
een vuurijzer is heen
gestoken. Aan het
vuurijzer hangt de keten
van de orde van het
gulden vlies.
TEKST: (handje) ARCHID. AVST. DVC.
BVRG. ET. B (of variant).
Dit is voluit: Archiduces
Austria duces Burgundie
et Brabant en betekent:
aartshertogen van
Oostenrijk en hertogen
van Bourgondië en
Brabant.
Muntmeester: Dominique
Wouters.
1608
1616
1609
1618
1615
1619
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G.
B: .(handje) ALBERTVS. ET. ELISABET
D:G.
C: ..(handje) ALBERTVS. ET. ELISABET. D
G.
D:
(handje) ALBERTVS. ET. ELISABET. D
G
E:
(handje) ALBERTVS ET ELISABET D
G
KZ: a: (handje) ARCHID. AVST. DVC.
BVRG. ET. B
b:
(handje) ARCHID. AVST. DVC. BVRG.
ET. B. B.
c:
(handje) ARCHID. AVST. DVC. BVRG.
ET. B. Z
d: ARCHID. AVST. DVC. BVRG. B
Info:
Variant Aa (1608), particuliere collectie.
Variant Ac (1615), particuliere collectie.
Geslagen volgens de
nieuwe muntvoet die sinds
1606 gold. Voorschrift
128 stuks uit een mark,
dit geeft een gewicht van
ca. 1,92 gram per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 7 september 1607
tot 4 september 1609 ca.
1.394.790 stuks.
Periode 1 april 1615 tot
11 april 1616 ca. 3.777.776
stuks.
Periode 11 april 1616 tot
31 maart 1617 ca. 252.864
stuks.
ANT.12: dubbele denier.(GH.299 - AvK.25)
VOORZIJDE: Gekroonde
letters AE van Albertus
& Elisabeth.
TEKST: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G. (of
variant). Dit is voluit:
Albertus et Elisabeth Dei
gratia en betekent:
Albertus en Elisabeth,
bij Gods gratie (de tekst
gaat op de keerzijde
verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild (1) vertikaal gedeeld, het
wapenschild is gelegen op
een schuin geplaatst
stokkenkruis.
TEKST: .ARCH. AVST. DVC.
BVRG. ET. BRA (handje) (of
variant). Dit is voluit:
Archiduces Austria duces
Burgundie et Brabant en
betekent: aartshertogen
van Oostenrijk en
hertogen van Bourgondië
en Brabant.
Muntmeester: Cornelis de
Letter.
1606
Muntmeester: Dominique
Wouters.
1607
1608
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) ALBERTVS. ET.
ELISABET. D:G.
B:
(handje) ALBERTVS. ET. ELISABET
D:G
KZ: a: (handje).ARCH. AVST. DVC. BVRG.
ET. BRA
b: (handje) ARCH. AVST. DVC. BVRG. ET.
BRA
c: .ARCH. AVST. DVC. BVRG. ET.
BRA (handje)..
d: (handje) ARCHID. AVST. DVC. BVRG. ET. B
Info:
Variant Ab (1607), particuliere collectie.
Variant Ad (1608), particuliere collectie.
Een dubbele denier was
een muntje met een waarde
van twee derde oord. Het voorschrift
was 96 stuks uit een
mark, dit geeft een
gewicht van ca. 2,56 gram
per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 1 april 1606 tot
7 september 1607 ca.
2.169.192 stuks.
Periode 7 september 1607
tot 4 september 1609 ca.
522.160 stuks.
ANT.13: liard (oord).(GH.296 -
AvK.20)
VOORZIJDE: Gekroonde
wapenschild (3)
met meerdere kwartieren.
TEKST: (handje).ALBERTVS. ET.
ELISABET. DEI:GRATIA. (of
variant). Dit betekent:
Albertus en Elisabeth,
bij Gods gratie (de tekst
gaat op de keerzijde
verder).
KEERZIJDE: Gekroond
vuurijzer omgeven door 3
wapenschildjes.
TEKST: (handje) ARCHIDVCES. AVST.
DVCES. BVRG ET B (of
variant). Dit is voluit:
Archiduces Austria duces
Burgundie et Brabant en
betekent: aartshertogen
van Oostenrijk en
hertogen van Bourgondië
en Brabant.
Muntmeester: Dominique
Wouters.
1607
1610
1608
1611
1609 1617
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje).ALBERTVS. ET.
ELISABET. DEI:GRATIA.
B:
(handje) ALBERTVS. ET. ELISABET
DEI. GRATIA
C: (handje) ALBERTVS. ET. ELISABET.
DEI GRATIA
KZ: a: (handje) ARCHIDVCES. AVST.
DVCES. BVRG. ET. B
Info:
Variant Ba (1608), particuliere collectie.
Variant Ba (1610),
particuliere collectie.
Variant Ca (1611), particuliere collectie.
1607 particuliere collectie
1608 particuliere collectie
1609 vermeld blz.152 jaarboek 1987 EGMP
1610 particuliere collectie
1611 particuliere collectie
1617
Geslagen volgens de
nieuwe muntvoet die sinds
1606 gold. Voorschrift 64
stuks uit een mark, dit
geeft een gewicht van ca.
3,84 gram per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 7 september 1607
tot 4 september 1609 ca.
1.695.684 stuks.
Periode 4 september 1609
tot 4 maart 1611 ca.
5.917.592 stuks.
De munten van Philips IV
(1621-1665)
Omdat aartshertog
Albertus in 1621
kinderloos komt te
overlijden vervallen de
zuidelijke Nederlanden
weer aan de Spaanse
troon. Isabella bleef nog
wel tot haar dood
regentes. Op de munten
verschijnt nu het portret
en het wapen van de
Spaanse koning Philips
IV.
Op de Antwerpse koperen
munten van Philips IV
verschijnen 2 types
wapenschilden:
Wapen 1: |
1 = Oostenrijk (in rood
een zilveren dwarsbalk).
2 = Oud Bourgondië
(geschuinbalkt van goud
en blauw en rood
omzoomd).
3 = Wapen van Brabant (In
zwart een gouden leeuw,
rood getongd).
Wapen 2: |
1 = Castilië (Kasteel).
2 = Leon (Leeuw met
gouden kroon).
3 = Aragon (4 rode
palen).
4 = Sicilië (Bestaat uit
de 4 rode palen van
Aragon en de adelaar van
Hohenstaufen).
5 = Portugal (5 blauwe
schildjes in een rand van
7 gouden kasteeltjes).
6 = Oostenrijk (Zilveren
faas).
7 = Bourgondië (3
schuine balken in blauw
en goud).
8 = Valois (3 Lelies).
9 = Brabant (Gouden
leeuw).
10 = Vlaanderen (Zwarte
leeuw).
11 = Tirol (Rode
adelaar).
ANT.14: gigot (duit).(GH.338 -
AvK.74)
VOORZIJDE:
Schuin geplaatst
stokkenkruis welke door
een gekroond vuurijzer is
heen gestoken. Aan het
vuurijzer hangt de keten
van de orde van het
gulden vlies.
TEKST: (handje) PHIL. IIII. D.G.
HISP. ET. INDIAR. REX.
(of variant). Dit is
voluit: Philippus IIII
Dei gratia Hispaniarum et
Indiarum rex, en
betekent: Philips IIII,
bij Gods gratie koning
van Spanje en de Indiën
(de tekst gaat op de
keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild (1) met
meerdere kwartieren.
TEKST: .ARCHID. AVS.
BVRG. BRAB. Zc (of
variant). Dit is voluit:
archidux Austria
Burgundie Brabant z c:
aartshertog van
Oostenrijk-Bourgondië en
Brabant.
Muntmeester: Jan Emonts.
1626
Muntmeester: Hieronymus
Verdussen.
1628
Muntmeester: Caspar
Antheunis.
1650
1654
1656
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) PHIL. IIII. D. G. HISP.
ET. INDIAR. REX.
KZ: a: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Zc.
b: .ARCHID. AVS. DVX. BVRG.
BRAB. Zc
Info:
Voorschrift 128 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 1,92 gram
per stuk. De remedie was vier stuks per mark.
Geslagen aantallen:
Periode 17 december 1625
tot 31 maart 1627 ca.
480.000 stuks.
Periode 16 juli 1650 tot
19 mei 1651 ca. 64.992
stuks.
Periode 27 november 1653
tot 6 oktober 1654 ca.
33.728 stuks.
Periode 8 maart 1656 tot
30 november 1656 ca.
59.576 stuks.
Het jaartal 1626 is eigenlijk geslagen om te circuleren in de stad en omgeving
van Breda.
ANT.15: liard (oord).(GH.336 -
AvK.71)
VOORZIJDE: Gekroond
vuurijzer omgeven door 3
wapenschildjes. Links
Oostenrijk, rechts
Bourgondië en onder
Brabant.
TEKST: (handje) .PHIL. IIII. D.G.
HISP. ET INDIAR. REX. (of
variant). Dit is voluit:
Philippus IIII Dei gratia
Hispaniarum et Indiarum
rex, en betekent: Philips
IIII, bij Gods gratie
koning van Spanje en de
Indiën (de tekst gaat op
de keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild (2)
met meerdere kwartieren.
TEKST: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Zc. (of
variant). Dit is voluit:
Archidux Austria dux
Burgundie Brabant Z c, en
betekent: aartshertog van
Oostenrijk, hertog van Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: Caspar
Antheunis.
1643
1653
1650
1654
1652
1656
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) PHIL. IIII. D. G. HISP.
ET. INDIAR. REX.
KZ: a: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Zc.
b: .ARCHID. AVS. DVX. BVRG.
BRAB. Zc
Info:
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk. De remedie was twee stuks per mark.
Geslagen aantallen:
Periode 19 april 1642 tot
30 september 1644 ca.
1.720.792 stuks.
Periode 16 juli 1650 tot
19 mei 1651 ca. 201.728
stuks.
Periode 28 februari 1652
tot 31 december 1652 ca.
519.384 stuks.
Periode 27 november 1653
tot 6 oktober 1654 ca.
695.748 stuks.
Periode 8 maart 1656 tot
30 november 1656 ca.
510.992 stuks.
ANT.16: liard (oord).(GH.336.1b -
AvK.75)
VOORZIJDE: Vier wapenschildjes met daarboven een kroon. Links
Bourgondië, in het midden Oostenrijk, rechts
Brabant en onder Breda.
TEKST: (handje) .PHIL. IIII. D.G.
HISP. ET INDIAR. REX. (of
variant). Dit is voluit:
Philippus IIII Dei gratia
Hispaniarum et Indiarum
rex, en betekent: Philips
IIII, bij Gods gratie
koning van Spanje en de
Indiën (de tekst gaat op
de keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild (2) met
meerdere kwartieren.
TEKST: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Zc. (of
variant). Dit is voluit:
Archidux Austria dux
Burgundie Brabant Z c, en
betekent: aartshertog van
Oostenrijk, hertog van Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: Jan Emonts.
1626
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) PHIL. IIII. D. G. HISP.
ET. INDIAR. REX.
KZ: a: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Zc.
Info:
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk. De remedie was twee stuks per mark.
Geslagen aantallen:
Periode 17 december 1625
tot 31 maart 1627 ca.
240.000 stuks.
In 1625 verzocht de stad Breda aan de aartshertogen om vanwege het gebrek aan
kleingeld een munthuis te mogen openen.2 In plaats daarvan beval
aartshertogin Elisabeth haar muntmeester om voor 2000 ecu's aan duiten en oorden
te slaan speciaal voor circulatie in Breda en omgeving. Het koper zou door de
stad zelf betaald worden. Op 18 juli 1625 ontving muntmeester Emonts instructie
om voor 6000 gulden kopergeld te munten (7500 mark koper), de helft duiten en de
andere helft oorden en legde op 11 augustus 1625 de eed af in handen van de
generaalmeesters. Toen hij op 14 februari 1626 de stad aanschreef met de details
over de aanmunting en verzoek tot betaling was de stad hierdoor overvallen en
was niet van plan iets te betalen of iets aan te nemen. De oorden en duiten zijn
toch geslagen maar hoe de betaling en verzending zijn verlopen is mij niet
bekend geworden. Wat bijzonder is op deze oorden is dat hierop mede het
wapenschildje van Breda is afgebeeld. Ook de duiten
van 1626 waren bestemd
voor Breda maar deze
vertonen geen afwijkingen
ten opzichte van de
andere Brabantse
(Antwerpse) duiten.
De munten van Karel II
(1665-1700)
Karel II volgde op 4
jarige leeftijd zijn
vader Philips IV op. Het
regentschap tot zijn
meerderjarigheid in 1676
wordt waargenomen door
zijn moeder, Maria Anna
van Oostenrijk. Onder
Karel II werden op de
koperen munten van
Antwerpen dezelfde
wapenschilden als van
zijn voorganger Philips
IV gebruikt (zie voor
afbeelding en verklaring
de wapens bij Philips
IV).
ANT.17: gigot (duit).(GH.357 -
AvK.117)
VOORZIJDE:
Schuin geplaatst
stokkenkruis welke door
een gekroond vuurijzer is
heen gestoken, aan
weerszijden het jaartal.
Aan het vuurijzer hangt
de keten van de orde van
het gulden vlies.
TEKST: (handje) .CAROL II. DG.
HISP. ET. INDIAR REX. (of
variant). Dit is voluit:
Carolus II Dei gratia
Hispaniarum et Indiarum
rex, en betekent: Karel
II, bij Gods gratie
koning van Spanje en de
Indiën (de tekst gaat op
de keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild
met meerdere kwartieren.
TEKST: ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB c (of
variant). Dit is voluit:
Archidux Austria
Burgundie Brabant, en
betekent: aartshertog van
Oostenrijk, hertog van Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: George de
Bruyn.
1681
Muntmeester: George de
Roovere.
1685
1686
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) .CAROL. II. D. G. HISP.
ET. INDIAR. REX.
KZ: a: ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB Zc
Info:
Voorschrift 128 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 1,92 gram
per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 23 december 1680
tot 4 april 1682 ca. 7.360
stuks.
Periode 30 juni 1684 tot
19 oktober 1685 ca. 32.000
stuks.
Periode 27 oktober 1685
tot 9 september 1690 ca.
6.400 stuks.
ANT.18: gigot (duit).(GH.356 -
AvK.119)
VOORZIJDE:
Schuin geplaatst
stokkenkruis welke door
een gekroond vuurijzer is
heen gestoken. Aan het
vuurijzer hangt de keten
van de orde van het
gulden vlies.
TEKST: (handje) CAR - OL. II. D.G
- HISP. ET - INDIARVM -
REX (of variant). Dit is
voluit: Carolus II Dei
gratia Hispaniarum et
Indiarum rex, en betekent: Karel II, bij
Gods gratie koning van
Spanje en de Indiën (de
tekst gaat op de
keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild
met meerdere kwartieren, het jaartal boven
de kroon.
TEKST: ARCHID AVST. DVX.
BVRG. BRAB (of variant).
Dit is voluit: archidux
Austria dux Burgundie
Brabant z, dit betekent:
aartshertog van
Oostenrijk, hertog van
Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: Pieter van
Vreeckem.
1696
Muntmeester: Marc
Tserstevens.
1700
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) CAR - OL. II. D. G. -
HISP. ET - INDIARVM - REX
B:
(handje) CAR - OL. II. D. G. - HISP.
ET - INDIARVM - REX
c:
(handje) CAR - OL. II. D. G. - HISP.
ET. - INDIARVM - REX
KZ: a: ARCHID AVST. DVX.
BVRG. BRAB Z
b: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG.
BRAB. Z
Info:
Voorschrift 128 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 1,92 gram
per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 10 januari 1692
tot 25 april 1696 ca.
116.864 stuks.
Periode 15 mei 1699 tot
25 november 1700 ca.
590.848 stuks.
ANT.19: liard (oord).(GH.357 -
AvK.112)
VOORZIJDE: Gekroond
vuurijzer omgeven door 3
wapenschildjes. Links
Oostenrijk, rechts
Bourgondië en onder
Brabant.
TEKST: (handje) .CAROL. II. D.G.
HISP. ET. INDIAR. REX.
(of variant). Dit is
voluit: Carolus II Dei
gratia Hispaniarum et
Indiarum rex, en betekent: Karel II, bij
Gods gratie koning van
Spanje en de Indiën (de
tekst gaat op de
keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild
met meerdere kwartieren, aan weerszijden
van het wapen het
jaartal.
TEKST: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Z. (of
variant). Dit is voluit:
archidux Austria dux
Burgundie Brabant Z, en
betekent: aartshertog van
Oostenrijk, hertog van Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: George de
Bruyn.
1679
1680
Muntmeester: George de
Roovere.
1683
1685
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) .CAROL. II. D. G. HISP.
ET. INDIAR REX.
B:
(handje) .CAROL. II. D. G. HISP. ET.
INDIAR. REX.
KZ: a: .ARCHID. AVS. DVX.
BVRG. BRAB. Z
b: ARCHID. AVS. DVX. B(kopstaande
V)RG. BR(kopstaande V)B Zc
c: ARCHID. AVST. DVX. BVRG.
BRAB. Zc
Info:
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 22 maart 1679 tot
8 november 1680 ca.
178.400 stuks.
Periode 23 december 1680
tot 4 april 1682 ca. 8.896
stuks.
Periode 30 juni 1684 tot
19 oktober 1685 ca.
500.480 stuks.
ANT.20: liard (oord).(GH.356 -
AvK.116)
VOORZIJDE: Gekroond
vuurijzer omgeven door 3
wapenschildjes. Links
Oostenrijk, rechts
Bourgondië en onder
Brabant.
TEKST: (handje) CAROL. II. D.G.
HISP. ET. INDIARVM. REX
(of variant). Dit is
voluit: Carolus II Dei
gratia Hispaniarum et
Indiarum rex, en
betekent: Karel II, bij
Gods gratie koning van
Spanje en de Indiën (de
tekst gaat op de
keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
wapenschild
met meerdere kwartieren, aan weerszijden
van de kroon het jaartal.
TEKST: ARCHID AVST. DVX.
BVRG. BRAB (of variant).
Dit is voluit: archidux
Austria dux Burgundie
Brabant Z, en betekent:
aartshertog van
Oostenrijk, hertog van
Bourgondië en Brabant.
Muntmeester: Pieter van
Vreeckem.
1691
1695
1692
1696
1693
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: (handje) CAROL. II. D. G. HISP.
ET. INDIARVM. REX
KZ: a: ARCHID AVST. DVX.
BVRG. BRAB Z
Info:
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk.
Geslagen aantallen:
Periode 10 januari 1692
tot 25 april 1696 ca.
6.167.296 stuks.
De munten van Karel VI
(1711-1740)
Na het kinderloos
overlijden van de Spaanse
koning Karel II op 1
november 1700, brak er
onenigheid uit over de
bezittingen van het
Spaanse rijk en dus ook
over de zuidelijke
Nederlanden. Karel II had
Philips van Anjou, 2e
kleinzoon van Lodewijk
XIV van Frankrijk, per
testament zijn gehele
rijk nagelaten. Philips
van Anjou werd zo koning
Philips V van Spanje. De
republiek, Engeland en de
Duitse keizer waren het
met deze gang van zaken
niet eens en dit ontaarde
in de Spaanse successie
oorlog die 10 jaar duurde
omdat geen van alle
partijen elkaar kon
uitschakelen. Tijdens de
vrede van Utrecht in 1713
werd uiteindelijk
overeengekomen dat
Philips V koning van
Spanje bleef en dat de
Oostenrijkse pretendent
Karel III (sinds 12
oktober 1711 keizer Karel
VI van Duitsland) de
soevereiniteit over de
zuidelijke Nederlanden
kreeg. Op de koperen
munten van Karel VI staan
geen wapens afgebeeld
maar een gekroond
monogram van 3 maal de
letter C.
ANT.21: liard (oord).(dM.1 -
AvK.155)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Karel VI naar links, met
daaronder een handje.
TEKST: CAROLVS VI D:G: -
ROM: IMP: HISP: REX. (of
variant). Dit is voluit:
Carolus VI Dei gratia
Romanorum Imperator
Hispaniarum rex, en
betekent: Karel VI, bij
Gods gratie Duits keizer
en koning van Spanje (de
tekst gaat op de
keerzijde verder).
KEERZIJDE: Gekroond
monogram van drie maal de
letter C, boven de kroon
het jaar.
TEKST: .ARCHID. AVST.
DVX. BVRG. BRABANT. Zc.
(of variant). Dit is
voluit: archidux Austria
dux Burgundie Brabant Zc,
en betekent: aartshertog
van Oostenrijk, hertog
van Bourgondië en
Brabant.
Muntmeester: Jean Sneyers
Sr.
1712
1715
1713
1716
1714
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: CAROLVS VI D:G: -
ROM: IMP: HISP: REX.
KZ: a: .ARCHID. AVST. DVX.
BVRG. BRABANT. Zc.
Info:
Variant Aa (1712), particuliere collectie.
Variant Aa (1714), particuliere collectie.
Variant Aa (1716), particuliere collectie.
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk.
Geslagen
aantallen:
Periode 30
april 1712 tot 17
december 1712 ca. 3.084.672
stuks.
Periode 9 oktober
1717 tot 1 juli 1720 ca.
80.256 stuks.
Veel van deze munten zijn
overslagen op oorden van
Karel II of op oorden van Luik.
Recent is een exemplaar opgedoken welke alleen maar een 1716 kan zijn, dit
jaartal was voordien onbekend. Er zouden van 9 oktober 1717 tot 1 juli 1720 ook
nog oorden zijn geslagen maar deze zijn tot nu nog niet opgedoken. Mogelijk is er in
deze jaren met
geantedateerde stempels
van 1716 gewerkt. Op 17 juni 1712
vaardigden de
Staten-Generaal een
plakkaat af tegen het
uitgeven van Brabantse en
Vlaamse oorden. Hier
zullen wel de oorden van
dit type mee zijn
bedoeld.
De munten van Maria
Theresia (1740-1780)
Maria Theresia werd in
1717 geboren en huwde in
1736 met Frans van
Lotharingen. Na de dood
van haar vader, Karel VI,
brak er wederom
onenigheid uit over het
bezit van de Oostenrijkse
erflanden en de
zuidelijke Nederlanden.
Maria Theresia volgde
haar vader op maar
vertrouwde de
administratie over de
Nederlanden toe aan haar
zuster Anna en haar
echtgenoot Karel, hertog
van Lotharingen. Pruisen,
Beieren, Frankrijk en
Spanje betwisten echter
haar erfenis en de
Oostenrijkse
successieoorlog brak uit
(1740-1748). Hierdoor
verkreeg haar echtgenoot
pas in 1745 de titel van
keizer van Oostenrijk.
Frankrijk viel in 1745 de
zuidelijke Nederlanden
binnen maar moest deze,
toen uiteindelijk de
vrede werd getekend, toch
weer afstaan aan Maria
Theresia (verdrag van
Aken op 13 oktober 1746).
De koperen munten van
Maria Theresia hebben net
als die van Karel VI geen
wapen. Op de keerzijde
staat i.p.v. een wapen de
tekst AD USUM BELGII
AUSTR. (voor gebruik in
de Oostenrijkse
Nederlanden).
ANT.22: liard (oord).(AvK.209)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Maria Theresia naar
rechts.
TEKST: MAR. TH. D:G.
HUNG. BOH. - R. AR. AUS.
D. BURG. (of variant).
Dit is voluit: Maria
Theresia Dei gratia
Hungaria Bohemia regina
archidux Austria dux
Burgundie, en betekent:
Maria Theresia, bij Gods
gratie koningin van
Hongarije en Bohemen,
Aartshertogin van
Oostenrijk en hertogin
van Bourgondië.
KEERZIJDE: AD / USUM /
BELGII / AUSTR. / jaar. /
(handje) Dit betekent: voor
gebruik in de
Oostenrijkse Nederlanden.
Muntmeester: Jean van
Hullegarde.
1744
1745/44
1745
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: MAR. TH. D:G. HUNG.
BOH. - R. AR. AUS. D. BURG.
KZ: a: AD / USUM / BELGII
/ AUSTR. / jaar. /
(handje)
Info:
Variant Aa (1745/44), particuliere collectie.
Variant Aa (1745), particuliere
collectie.
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk.
Geslagen
aantallen van de jaren
1744 en 1745 is totaal
ca. 5.686.868 stuks.
Bij
deze munten valt op dat
de letter U als U
geschreven wordt en niet
meer als V.
ANT.23: liard (oord).(AvK.212)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Maria Theresia naar
rechts met halssnoer om
en oorbel in.
TEKST: M. T. D.G. R. JMP.
G. H. - B. REG. A. A. D.
BURG. (of variant). Dit
is voluit: Maria Theresia
Dei gratia Romanorum imperatrix Germania,
Hungaria Bohemia regina,
archidux Austria, dux
Burgundie, en betekent:
Maria Theresia, bij Gods
gratie Rooms keizerin, koningin van Duitsland, Hongarije en
Bohemen, Aartshertogin
van Oostenrijk en
hertogin van Bourgondië.
KEERZIJDE: AD / USUM /
BELGII / AUSTR. / jaar. /
(handje) Dit betekent: voor
gebruik in de
Oostenrijkse Nederlanden.
Muntmeester: Jean Buysen.
1749
1751
1750
1752
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: M. T. D:G. R. JMP. G. H.
- B. REG. A. A. D. BURG.
B: M. T. D.G. R. JMP. G. H. - B.
REG. A. A. D. BURG.
KZ: a: AD / USUM / BELGII
/ . / AUSTR. / jaar. /
(handje)
Info:
Variant
Ba (1750), particuliere collectie.
Voorschrift 64 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 3,84 gram
per stuk.
Geslagen
aantallen van de jaren
1749 t/m 1752 is totaal
ca. 6.987.992 stuks.
Bij deze munten valt het
op dat de letter U als U
geschreven wordt en niet
meer als V. Verder begint
de afkorting IMP niet met
een I maar met een J. Op
17 april 1752 vaardigden
de Staten-Generaal een
plakkaat uit waarin de
zogenaamde Brabantse
"Koninginne
oortjes" in Staats
Vlaanderen niet meer
gangbaar werden verklaard
voor 2 duiten maar
slechts voor 1 duit.
ANT.24: dubbelle liard (dubbel oord).(AvK.211)
VOORZIJDE: Borstbeeld van
Maria Theresia naar
rechts met halssnoer om
en oorbel in.
TEKST: M. T. D.G. R. JMP.
G. H. B. REG. A. A. D.
BURG. (of variant). Dit
is voluit: Maria Theresia
Dei gratia Romanorum imperatrix, Germania,
Hungaria, Bohemia regina,
archidux Austria, dux
Burgundie, en betekent:
Maria Theresia, bij Gods
gratie Rooms keizerin,
koningin van Duitsland, Hongarije en
Bohemen, Aartshertogin
van Oostenrijk en
hertogin van Bourgondië.
KEERZIJDE: AD / USUM /
BELGII / AUSTR. / jaar. /
(handje) binnen een
takkenversiering. Dit
betekent: voor gebruik in
de Oostenrijkse
Nederlanden.
Muntmeester: Jean Buysen.
1749
1750/49
1750
1751
1752
Muntmeester: Thomas v/d
Motten.
1753
Voorkomende voor- en
keerzijde varianten:
VZ: A: M. T. D:G. R. JMP. G. H.
B. REG. A. A. D. BURG.
B: M. T. D.G. R. JMP. G. H. B.
REG. A. A. D. BURG.
KZ: a: AD / USUM / BELGII
/ AUSTR. / jaar. /
(handje)
Info:
Variant Ba (1749), particuliere collectie.
Variant Ba (1750/49), particuliere collectie.
Voorschrift 32 stuks uit
een mark, dit geeft een
gewicht van ca. 7,69 gram
per stuk.
Geslagen
aantallen van de jaren
1749 t/m 1752 is totaal
ca. 2.473.356 stuks.
In
1753 zijn ca. 139.556
stuks geslagen en in 1754
zijn er ca. 47.496 stuks
geslagen waarschijnlijk
nog van 1753.
Bij deze
munten valt het op dat de
letter U als U geschreven
wordt en niet meer als V.
Verder begint de
afkorting IMP niet met
een I maar met een J.
Noten:
1: Mededeling van de heer
Pieter Cramwinckel bron:
Regestenlijst Huis
Bergh, regest 3097 Wilhelm, graaf zu dem Bergh etc., verklaart met zijn
muntmeester Wilhelm Senger wegens den sleeschat afgerekend te hebben over den
muntslag van 2 November 1565 tot 1 Juli 1566, in welk tijdvak de muntmeester
37225 marken geslagen heeft. Im funffzehenhundert sieben und sechsichsten jare
am zehendten Septembris. Minuut (Inv. no. 1622). Datering: 1567 September 10.
Vindplaats: Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers zie ook Toegang 0214, Inv.nr.
1622 .
2: Prosper Cuypers, Notice sur la monnaie frappée
pour la ville de Breda. Revue Belge de Numismatique 185, 2e serie tome 1, p.
262-270.