Onder gouverneur Wigbold Crommelin (1756-1768), werd een verzoek ingediend om geld te
mogen slaan voor de kolonie Suriname. Pas op 17 november 1763 werd toestemming gegeven
om stuivers en duiten aan te laten munten door de provinciale muntmeesters. Alleen in de munt
van West-Friesland is vervolgens een kleine oplage duiten geslagen.
SUR.1: duit.(Scholten 1437)
VOORZIJDE: De tekst SOCIETEIT VAN SURINAME
KEERZIJDE: Een cacao plant met het jaartal 1764.
Pieter Buijskes | |
1764 S | a: Scholten 1437 |
Info:
Duit geslagen in de munt te Enkhuizen onder muntmeester Pieter Buijskes. Volgens Scholten zijn er meer
dan 106.600 stuks geslagen.