Vlaamse munt te Brugge

Vlaanderen was een graafschap in de zuidelijke Nederlanden, ontstaan uit de Karolingische pagus Flandrensis, het gebied rondom het huidige Brugge. De grondslag voor het grafelijk gezag werd gelegd door Boudewijn met de ijzeren arm († 879), die als beloning voor zijn succesvolle strijd tegen de Noormannen Kroon-Vlaanderen (ten westen van de Schelde) van de Franse koning in leen kreeg. In 1065 werd hier Rijks-Vlaanderen (ten oosten en noorden van de Schelde) als leen van de Duitse keizer aan toegevoegd. De stad Brugge (in het Frans Bruges) is thans hoofdstad van de Belgische provincie West-Vlaanderen. Brugge is ontstaan rond de door Boudewijn met de ijzeren arm (9e eeuw) gestichte burcht. De stad groeide in de 13e en 14e eeuw uit tot een belangrijk handelscentrum (lakennijverheid). In de 14e/15e eeuw ontstond achteruitgang door verzanding van het Zwin en de opkomst van andere havensteden die voor grotere schepen toegankelijke havens hadden. Brugge verloor hierdoor haar marktpositie voor de lakenindustrie en veel buitenlandse handelshuizen vertrokken naar elders. In de 17e eeuw werd Vlaanderen een onderdeel van de Spaanse Nederlanden, in 1713 van de Oostenrijkse Nederlanden. Tijdens de Franse bezetting werd het opgedeeld in verschillende departementen. Vervolgens werd Vlaanderen in 1814 deel van het verenigd koninkrijk der Nederlanden en in 1830 van de onafhankelijke staat België.

Voor het graafschap Vlaanderen was Brugge één van de belangrijkste muntplaatsen. In de Karolingische tijd werden er voor het eerst munten geslagen op naam van de Karolingische vorsten. In de middeleeuwen werden er tot in de dertiende eeuw munten geslagen door de Vlaamse graven. In de 14e en 15e eeuw was het munthuis echter eertijds gevestigd te Gent maar vanaf 1467 werd het weer verplaatst naar Brugge waar het tot de sluiting in 1754 bleef.

MUNTMEESTERS:
VAN  -  TOT:
Joost de Deckere
Antoine Humbelot
Jean Delijen
Marc & Gillis Hacquart
Maarten Wortboert
Jan de Backere
Albert van Hooghendorp
Cornelis van Hooghendorp
Johan Bitters van Raesfeld
Jan Gijsbrechts
Laurens van Liebeke
Jean Billet
Lodewijk van Nieuwkerke
Cornelis van Liebeke
Jan van Liebeke
Olivier van Steelant
Jan van der Plancke
Christoffel de Ceuninck
Jan Pieters
Antoine de la Derrière
Charles van der Heyden
Catharine de Tilly
Jean François de la Derrière
Willem Galle
Pieter van Cautere
Auguste Charles Wauters
Jean de la Court
Joseph François Gordon
Lambert Millé
1539 - 1544
1544 - 1545
1545 - 1551
1551 - 1553
1553 - 1556
1556 - 1559
1559 - 1577
1568 - 1579
1579 - 1581
1581
1582 - 1584
1584 - 1586
1587 - 1593
1599 - 1605
1606 - 1619
1619 - 1630
1631 - 1645
1648 - 1676
1676 - 1683
1683 - 1685
1685 - 1686
1686 - 1690
1686 - 1700
1700 - 1702
1702 - 1705
1709
1712 - 1715
1744 - 1745
1752 - 1754

 

STEMPELSNIJDERS:
 
VAN  -  TOT:
 
Anthony Weyns
Adriaen Bultinck
15?? - 1576
1576 - 15??



Muntteken

Op de munten uit Brugge komt sinds 1434 een lelie voor als muntteken. Alleen onder Maria Theresia (1740-1780) is er een leeuwtje gebruikt in plaats van een lelie.
 

De munten van Karel V

Net als op de Antwerpse korten komt op de korten van Vlaanderen geslagen onder Karel V een klauwende leeuw naar links voor. Het uitgebreide wapenschild van Karel V komt niet voor op het koperen kleingeld.
 

VLA.1: korte.(GH.198)

VOORZIJDE: Gekroond borstbeeld van Karel V naar rechts.

TEKST: (Lelie) CA. D.G.V. IMP. HISP. REX. en jaar. De tekst is voluit: Carolus V Dei gratia imperi Hispaniarum rex, en betekent: keizer Karel V, bij Gods gratie koning van het Spaanse rijk.

KEERZIJDE: Klauwende leeuw naar links binnen een cirkelvormige versiering.
 

Muntmeester: Joost de Deckere.

     ZJ
    1543

Muntmeester: Antoine Humbelot.

    1544
    1545


Muntmeester: Jan Delijen.

    1546     1549
    1547     1550
    1548     1551


Muntmeester: Mark en Gillis Hacquart.

    1552
    1553


Muntmeester: Maarten Wortboert.

    1555


Info:

De koperen korte was bij ordonnantie van 7 april 1543 ingevoerd. De exemplaren met het muntteken handje, ster en Gelders kruisje zijn geslagen te Antwerpen, Maastricht en Nijmegen. Op de Vlaamse exemplaren staat het muntteken lelie. Het herkennen van het juiste munthuis kan problemen geven bij gesleten exemplaren. Van deze muntjes gingen er 128 in een mark werks wat een gewicht van 1,92 gram moest opleveren.



De munten van Philips II

Op 25 oktober 1555 nam Philips II het gezag over van zijn vader, keizer Karel V. Op de Vlaamse munten van Philips II is meestal een gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild gebruikt (1) met meerdere kwartieren. Op de penningen is een wapen gebruikt met hierin alleen de klauwende leeuw van Vlaanderen (2).
 

1 = Wapen van Oostenrijk (Zilveren faas).
2 = Wapen van Valois (3 lelies).
3 = Wapen van Bourgondië (3 schuine balken in blauw en goud).
4 = Wapen van Brabant (Gouden leeuw).
5 = Wapen van Vlaanderen (Zwarte leeuw).


VLA.1A: biljoen duit.(GH.227-7)

VOORZIJDE: Een scheef geplaatst stokken kruis welke door een vuurijzer heen gestoken is, van het vuurijzer springen vonken.

TEKST: (Lelie) PHS. D:G. HISP. Z. REX. CO. FLA. (of variant). De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, dit betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild.

TEKST: DNS. MIHI. ADIVTOR (of variant), dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Albert van Hooghendorp.

    ZJ
(Ca. 1565-68)


Info:

Deze duiten zijn geslagen met een laag zilvergehalte van 142/1000. Gewicht ca. 0,77 gram (320 uit een mark).



VLA.2: korte.(GH.229)

VOORZIJDE: Gekroond borstbeeld van Philips II naar rechts.

TEKST: PHS. D:G. HISP. AN. Z.REX. CO. F. (of variant). De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum Angliarum rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en Engeland, graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: In het midden een kruis met daaromheen vier vuurijzers waar de vonken vanaf springen. Het geheel wordt omgeven door een bladerkrans.
 

Muntmeester: Albert van Hooghendorp.

    ZJ (Ca. 1560)

 

Info:

Net als Karel V heeft ook Philips II korten aangemunt van zuiver koper met een gewicht van 1,92 gram wat later bij de Statenkorten verlaagd is naar 1,2 gram.

Oplage ca. 236.584 stuks.



VLA.3: korte.(GH.231)

VOORZIJDE: Gekroond borstbeeld van Philips II naar rechts.

TEKST: PHS. D:G. HISP.REX.COM.FL. (of variant) en lelie onder borstbeeld. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild.

TEKST: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR (of variant). Dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Cornelis van Hooghendorp.

    ZJ (Ca.1575)



Info:

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Cornelis van Hooghendorp 75 mark en 4 ons koper vermunt is tot deze oude zwarte korten van 2 mijten. Uit een mark koper moesten 128 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 1,92 gram per stuk. Oplage ca. 9.664 stuks. De totale oplage is volgens XX ca. 244.704 stuks.

De korte was een munt die een waarde had van 2 mijten. De mijt bestond er in twee soorten, de Vlaamse mijt van 1/48 stuiver en de Brabantse mijt van 1/72 stuiver. De eerste korten zijn geslagen in de 14e eeuw van biljoen (legering van zilver met veel koper). Net als Karel V heeft ook Philips II ze aangemunt van zuiver koper met een gewicht van 1,92 gram wat later bij de Statenkorten is verlaagd naar 1,2 gram.



VLA.4: dubbele korte.(GH.230)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Philips II zonder kroon, naar rechts.

TEKST: PHS. D:G HISP. Z. REX. COM. FLA. (of variant) en lelie onder het borstbeeld. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild gelegen op een kruis.

TEKST: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR. (of variant). Dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Cornelis van Hooghendorp.

    ZJ (Ca. 1575)


Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (P)HS.D:G.HISP.Z.REX.COM:FLA()
    B: (Lelie).PHS:D:G.HISP Z REX:COM.FLA.
    C: (Lelie).PHS.D:G.HISP.(Lelie).REX.COM:FLA.

KZ: a: .DOMINVS.MIHI.ADIVTOR.

 

Info:

Variant Aa (ZJ), particuliere collectie.
Variant Ba (ZJ), particuliere collectie.
Variant Ca (ZJ), particuliere collectie.

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Cornelis van Hooghendorp 1798 mark en 2 ons koper vermunt is tot deze zwarte dubbele korten van 4 mijten. Uit een mark koper moesten 64 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 3,84 gram per stuk. Oplage ca. 115.088 stuks. De totale oplage is volgens XX ca. 1.694.908 stuks.



De Statenmunten onder Philips II

Nadat de Staten van Vlaanderen zich middels de pacificatie van Gent aan het opstandige noorden hadden verbonden zijn er te Brugge Statenmunten geslagen met het devies PACE ET IVSTITIA i.p.v. DOMINVS MIHI ADIVTOR. Deze munten zijn zonder jaartal maar zijn geslagen tussen 1576 en 1581. Op de voorzijde staat gewoon het portret van Philips II met zijn naam en titels. In deze tijd vertrouwde men nog op de koning maar was de opstand meer gericht tegen zijn uitvoerders ter plaatse en tegen de muitende en plunderende Spaanse troepen.


VLA.5: Statenkorte.(GH.254)

VOORZIJDE: Gekroond borstbeeld van Philips II naar rechts.

TEKST: PHS. D:G. HISP Z REX. CO .FLA. (of variant) en lelie onder borstbeeld. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild.

TEKST: PACE. ET. IVSTITIA (of variant). Dit betekent: vrede en gerechtigheid.
 

Muntmeester: Johan Bitters van Raesfeld.

    ZJ (Ca. 1580)



Info:

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Cornelis van Hooghendorp 289 mark en 5 ons koper vermunt is tot deze zwarte korten van 2 mijten. Uit een mark koper moesten 204 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 1,22 gram per stuk. Oplage ca. 59.084 stuks. De totale oplage is volgens XX ca. 106.258 stuks.




VLA.6: Statenduit.(GH.253)

VOORZIJDE: Gekroond en versierd wapenschild van Oostenrijk-Bourgondië.

TEKST: PHS: D:G. HISP Z REX. COM. FL. (of variant). Dit is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, en betekent: Philips bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Een scheef geplaatst stokken kruis welke door een vuurijzer heen gestoken is. Van het vuurijzer springen vonken af en eronder hangt een lammetje, dit is het teken van de orde van het gulden vlies. Boven het kruis is een kroontje geplaatst.

TEKST: .PACE. ET (lelie) IVSTITIA. (of variant), dit betekent: vrede en gerechtigheid.
 

Muntmeester: Johan Bitters van Raesfeld.

    ZJ (Ca. 1580)



Info:

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Cornelis van Hooghendorp 1720 mark en 6 ons koper vermunt is tot deze neghemannekens of zeskins. Uit een mark koper moesten 68 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 3,62 gram per stuk. Oplage ca. 117.011 stuks. XX geeft een oplage van ca. 330.918 stuks.



VLA.7: Statenoord.(GH.252)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Philips II zonder kroon, naar links.

TEKST: (Lelie) .PHS: D:G. HISP Z REX: CO. FLA. (of variant) en een lelie onder het borstbeeld. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild van Oostenrijk-Bourgondië. Om het wapen heen hangt de keten van de orde van het gulden vlies.

TEKST: .PACE. ET - IVSTITIA. (of variant), dit betekent: vrede en gerechtigheid.
 

Muntmeester: Johan Bitters van Raesfeld.

    ZJ (Ca. 1580)

 

Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie).PHS:D:G.HISPzREX.CO.FLA.
    B: (Lelie).PHS:D:G.HISPzREX:CO:FLA
    C: (Lelie).PHS:D:G.HISPzREX:COM:FLAN.
    D: (Lelie).PHS:D:G.HISPzREX:COM.FLA.

KZ: a: .PACE.ET - IVSTITIA.


Info:

Variant Aa (ZJ), particuliere collectie.
Variant Ba (ZJ), particuliere collectie.
Variant Ca (ZJ), particuliere collectie.
Variant Da (ZJ), particuliere collectie.

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Cornelis van Hooghendorp 1998 mark koper vermunt is tot deze liards of twaalfaerts. Uit een mark koper moesten 34 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 7,24 gram per stuk. Oplage ca. 67932 stuks. De totale oplage is volgens XX ca. 433.955 stuks.



De muntperiode onder Frans van Anjou 1581-1583

In 1580 werd het wel duidelijk dat Philips II niets wilde weten van een meer gematigde aanpak in de Nederlanden. De diverse Staten in de Nederlanden verklaarden Philips II vervallen van zijn rechten en gingen op zoek naar een nieuwe landsheer. Een staat zonder vorst was namelijk in die tijd nog ondenkbaar. Vooral op aandringen van Willem van Oranje werd op 9 september 1580 een verdrag gesloten met François-Hercule de Valois, hertog van Alençon en Anjou en broer van de Franse koning Hendrik III. Nadat ook de Staten van Vlaanderen Philips II in 1581 hadden afgezworen werd Frans van Anjou als graaf van Vlaanderen erkend. In 1583 vertrok hij echter al weer naar Frankrijk omdat hij totaal ongeschikt bleek om de problemen in de Nederlanden op te lossen en een mislukte poging had gedaan om Antwerpen te bezetten teneinde zijn macht te vergroten. Alleen in Brabant en Vlaanderen zijn munten op zijn naam geslagen, koperen munten op zijn naam alleen in Vlaanderen (Brugge).


VLA.8: gigot (duit).(AH.704)

VOORZIJDE: Kruis met uitbundig versierde uiteinden, in de vlakken is afwisselend een lelie en een leeuw geplaatst.

TEKST: (Lelie) FRAN. F. FRAN. D:G. COM. FLAN (of variant). De tekst is voluit: Franciscus filius Franciae Dei gratia comes Flandrie, en betekent: François, zoon van Frankrijk, bij Gods gratie graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met de wapens van Vlaanderen en Valois.

TEKST: +AETERNVM. MEDITANS. DECVS. (of variant). Dit betekent: voorbereidend op eeuwige roem.
 

Muntmeester: Laurens van Liebeke, mt: (lelie).

    ZJ (1582)



Info:

ZJ AH 703

Voorschrift: 27 oktober 1582 - "Den XXVIIe dach van octobre 1582, heift tcollegie van scepenen der stede van Brugghe, omme den dienst ende ghemeene oirboir van deser stede, gheconsenteirt ende consenteirt by desen Laureins van Liebeke muntmeestere te slaene nieuwe twaelfaerts van copere van XL in tmarck. ende zeskens van tachentich in tmarck, metter beilde wapene ende divise van zyne hocheit, volghende dordonnancie dies thove behanghen, tot het ghewichte van vier dunst marck; ende belooft daerof te verwittighen de generaels van der munte, ten hende hemlieden believe eerst daechs over te zendene ordonnancie tot thien duust marck met de instructie daer toe dienende".

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Laurens van Liebeke 745 mark en 5 ons koper vermunt is tot deze gigots van zes mijten. Uit een mark koper moesten 80 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 3,08 gram per stuk. Oplage ca. 59.650 stuks.




VLA.9: liard (oord). (AH.703)

VOORZIJDE: Ongekroond borstbeeld van Frans van Anjou naar rechts.

TEKST: (Lelie) FRAN. F. FRAN. D:G. COM. FLAN (of variant). De tekst is voluit: Franciscus filius Franciae Dei gratia comes Flandrie, en betekent: François, zoon van Frankrijk, bij Gods gratie graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met de wapens van Vlaanderen en Valois.

TEKST: +AETERNVM. MEDITANS. DECVS (of variant). Dit betekent: voorbereidend op eeuwige roem.
 

Muntmeester: Laurens van Liebeke, mt: (lelie).

    ZJ (1582)


Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) FRAN. F. FRAN. D:G. COM. FLAN
    B: (Lelie) FRAN. F. FRAN. D:G. COM. FLA


KZ: a: +AETERNVM. MEDITANS. DECVS



Info:

Variant Aa (ZJ), Particuliere collectie.
Variant Ba (ZJ), particuliere collectie.

ZJ Particuliere collectie

Voorschrift: 27 oktober 1582 - "Den XXVIIe dach van octobre 1582, heift tcollegie van scepenen der stede van Brugghe, omme den dienst ende ghemeene oirboir van deser stede, gheconsenteirt ende consenteirt by desen Laureins van Liebeke muntmeestere te slaene nieuwe twaelfaerts van copere van XL in tmarck. ende zeskens van tachentich in tmarck, metter beilde wapene ende divise van zyne hocheit, volghende dordonnancie dies thove behanghen, tot het ghewichte van vier dunst marck; ende belooft daerof te verwittighen de generaels van der munte, ten hende hemlieden believe eerst daechs over te zendene ordonnancie tot thien duust marck met de instructie daer toe dienende".

Uit een opgave vermeld bij Chalon en de Coster (RBN 1878) blijkt dat onder muntmeester Laurens van Liebeke 11746 mark en 2 ons koper vermunt is tot deze liards van twaalf mijten. Uit een mark koper moesten 40 stuks worden geslagen wat een gewicht opleverde van ca. 6,15 gram per stuk. Oplage ca. 469.850 stuks.




Herstelde muntslag onder Philips II

Vanaf ca. 1583 begonnen er diverse Spaanse heroveringen onder leiding van de hertog van Parma. Langzamerhand vielen de gehele zuidelijke Nederlanden weer in Spaanse handen en werden er weer hertogelijke munten op naam van Philips II geslagen.


VLA.10: maille.(GH.235)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Philips II met kroon, naar rechts.

TEKST: PHS. D:G HISP Z REX. COM. FL. (of variant). Onder het borstbeeld de laatste 2 cijfers van het jaartal gescheiden door een lelie. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum rex comes Flandrie, en betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild gelegen op een kruis.

TEKST: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR. (of variant). Dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Lodewijk van Nieuwkerke.

    1591
    1592
 

Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP Z REX.COM.FL.
 

KZ: a: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR


Info:

De maille ( oord) werd geslagen met een gewicht van ca. 1,81 gram (135 uit een mark). Het jaartal 1592 is geslagen met het cijfer 2 als een Z. Bij een verschoven stempel kan deze Z lijken op een 7 of een 3. Het jaartal 1593 is daarom komen te vervallen omdat dit een 159Z met naar beneden verschoven stempel betreft.

Oplage over de jaren 1591-1593 is ca. 776.358 stuks.



VLA.11: penning.(GH.236)

VOORZIJDE: Een scheef geplaatst stokken kruis welke door een vuurijzer heen gestoken is, van het vuurijzer springen vonken.

TEKST: PHS. D:G. HISP. Z. REX. CO. FL. (of variant). De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, dit betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met hierin de klauwende leeuw van Vlaanderen, aan weerszijden van het wapen de laatste 2 cijfers van het jaartal.

TEKST: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR (of variant), dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Jean Billet.

    (15)86



Info:

Deze penningen werden geslagen met een gewicht van ca. 1,36 gram (180 uit een mark).

Oplage ca. 181.621 stuks.



VLA.12: hertogelijke duit.(GH.233)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Philips II naar links zonder kroon.

TEKST: PHS. D:G. HIS. Z. REX. COM. FLA. (of variant). Onder het borstbeeld staat het tot twee cijfers afgekorte jaartal, gesplitst door een lelie. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, dit betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild.

TEKST: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR. (of variant), dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Jean Billet.

     ZJ
    1585
    1586

Muntmeester: Lodewijk van Nieuwkerke.

    1589
 

Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie).PHS.D:G.HISP Z REX.COM FLA.
    B: (cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP Z REX.CO.FLA.
    C: (cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP(Z)REX.COM.FLA.
    D: (Lelie) PHS.D:G.HISP Z REX.COM.FLA

KZ: a: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR.
    b:  DOMINVS. MIHI. ADIVTOR


Info:

Variant Aa (ZJ), particuliere collectie.
Variant Db (ZJ), particuliere collectie.
Variant Ba (1585), particuliere collectie.
Variant Ca (1586), particuliere collectie.

Deze duiten werden geslagen met een gewicht van ca. 2,72 gram (90 uit een mark).

Oplage over de jaren t/m 1586 onbekend, in 1589 ca. 16.953 stuks geslagen.




VLA.13: hertogelijk oord. (GH.232)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Philips II naar links met kroon.

TEKST: PHS. D:G. HIS. Z. REX. COM. FLA (of variant). Onder het borstbeeld staat het tot twee cijfers afgekorte jaartal, gesplitst door een lelie. De tekst is voluit: Philippus Dei gratia Hispaniarum z rex comes Flandrie, dit betekent: Philips, bij Gods gratie koning van Spanje en graaf van Vlaanderen.

KEERZIJDE: Gekroond Oostenrijks-Bourgondisch wapenschild.

TEKST: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR. (of variant), dit betekent: de Heer is mijn helper.
 

Muntmeester: Jean Billet.
    
    1585
    1586

Muntmeester: Lodewijk van Nieuwkerke.

    1587
    1588
    1589
    1590
    1591
    1592

 

Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (cijfer)(Lelie)(cijfer)PHS.D:G.HISP Z REX.CO.FL.
    B: (cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP Z REX.CO.FL.
    C: .(cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP.REX.CO:FL.
    D: (cijfer)(Lelie)(cijfer).PHS.D:G.HISP Z REX.CO.FLA.

 

KZ: a: .DOMINVS. MIHI. ADIVTOR.
    b: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR
    c: DOMINVS. MIHI. ADIVTOR.


Info:

Variant Cb (1586), particuliere collectie.
Variant Aa (1589), particuliere collectie.
Variant Dc (1589), particuliere collectie.
Variant Ba (1591), particuliere collectie.

Deze oorden werden geslagen met een gewicht van ca. 5,44 gram (45 uit een mark).

Oplage over de jaren 1585-1592 is ca. 1.390.667 stuks.

Bekijk hier een exemplaar van 1585 geslagen over een oord van Holland.



De munten van Albertus & Isabella (1598-1621)

Op 6 mei 1598 werd te Madrid een akte getekend waarin Philips II de Nederlanden na zijn dood aan zijn dochter Isabella en haar verloofde Albertus van Oostenrijk schonk. Mocht hun huwelijk kinderloos blijven dan vervallen de Nederlanden na hun dood weer aan de Spaanse kroon. Na de dood van Philips II op 13 september 1598 treed deze akte in werking en Isabella huwt op 14 april 1599 te Ferrara (in Italië) met Albertus van Oostenrijk. Samen nemen zij de taak op zich om de Nederlanden te gaan besturen. Zij hopen ook het noorden voor zich te winnen maar de opstandige gewesten willen niets weten van een verzoening en dus gaat de oorlog ook onder Albertus & Isabella gewoon door. Op de Vlaamse koperen munten van Albertus en Isabella komt wapenschild 1 voor:
 

Wapen 1:

1 = Oostenrijk (Zilveren faas).
2 = Bourgondië (3 schuine balken in blauw en goud).


VLA.14: denier.(GH.303 - AvK.31)

VOORZIJDE: Gekroonde letters AE van Albertus & Elisabeth, aan weerszijden het jaartal.

TEKST: ALBERTVS. ET. ELISABET. D.G. (of variant). Dit is voluit: Albertus et Elisabeth Dei gratia, en betekent: Albertus en Elisabeth, bij Gods gratie (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild (1) met 2 kwartieren, het wapenschild is gelegen op een schuingeplaatst stokkenkruis.

TEKST: ARCH. AVST. DVC. BVRG COM. FLA. (of variant). Dit is voluit: archiduces Austria duces Burgundie et comes Flandrie, en betekent: aartshertogen van Oostenrijk, hertogen van Bourgondië en graven van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Jan van Liebeke.

    1607     1610
    1608     1615



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) ALBERTVS. ET. ELISABET. D.G
    B: (Lelie) ALBERTVS ET ELISABET D.G


KZ: a: ARCH. AVST. DVC. BVRG COM. FLA.
    b: ARCH. AVST. DVC. BVRG. COM. FL.



Info:

Een denier was een muntje met een waarde van een derde oord. Het voorschrift was 192 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 1,28 gram per stuk.

Oplage 1607-1608 ca. 75.936 stuks.
Oplage 1610 ca. 27.810 stuks.
Oplage 1615 ca. 57.862 stuks.



VLA.15: dubbele denier.(GH.299 - AvK.25)

VOORZIJDE: Gekroonde letters AE van Albertus & Elisabeth.

TEKST: (Lelie) ALBERTVS. ET. ELISABET. D:G (of variant). Dit is voluit: Albertus et Elisabeth Dei gratia, en betekent: Albertus en Elisabeth, bij Gods gratie (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild (1) met twee kwartieren, het wapenschild is gelegen op een schuingeplaatst stokkenkruis. Aan weerszijden van het wapen het jaartal.

TEKST: .ARCH. AVST. DVC. BVRG Z COM. FLA (of variant). Dit is voluit: archiduces Austria duces Burgundie et comes Flandrie, en betekent: aartshertogen van Oostenrijk, hertogen van Bourgondië en graven van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Jan van Liebeke.

    1606         1610

    1607         1613
    1608         1615
    1609/08      1616
    1609


Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) ALBERTVS. ET. ELISABET. D:G


KZ: a: (Lelie) ARCH. AVST. DVC. BVRG COM. FLA
    b: .ARCH. AVST. DVC. BVRG COM. FL.
    c: ARCH. AVST. DVC. BVRG COM. FLA
    d: ARCH. AVST. DVC. BVRG. COM. FL.
    e: ARCH. AVST. DVC. BVRG Z COM. FLA.
    f: .ARCH. AVST. DVC. BVRG. CO. FLA.


Info:

Variant Ae (1608), particuliere collectie.
Variant Ae (1609/08), particuliere collectie.

Een dubbele denier was een muntje met een waarde van twee derde oord. Het voorschrift was 96 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ongeveer 2,56 gram per stuk.

Geslagen aantallen:
15 december 1606 tot 9 december 1609 ca. 1.495.941 stuks.
10 december 1609 tot 15 maart 1612 ca. 397.590 stuks.
1 september 1613 tot 31 augustus 1615 ca. 239.800 stuks.
1 september 1615 tot 30 september 1618 ca. 2.951.001 stuks.



De munten van Philips IV (1621-1665)

Omdat aartshertog Albertus in 1621 kinderloos komt te overlijden vervallen de zuidelijke Nederlanden weer aan de Spaanse troon. Isabella bleef nog wel tot haar dood regentes. Op de munten verschijnt nu het portret en het wapen van de Spaanse koning Philips IV.

Op de Vlaamse koperen munten van Philips IV verschijnen 2 types wapenschilden:
 

Wapen 1:

1 = Oostenrijk (Zilveren faas).
2 = Bourgondië (3 schuine balken in blauw en goud).
3 = Wapen van Brabant (Gouden leeuw).
 

Wapen 2:

1 = Castilië (Kasteel).
2 = Leon (Leeuw met gouden kroon).
3 = Aragon (4 rode palen).
4 = Sicilië (Bestaat uit de 4 rode palen van Aragon en de adelaar van Hohenstaufen).
5 = Portugal (5 blauwe schildjes in een rand van 7 gouden kasteeltjes).
6 = Oostenrijk (Zilveren faas).
7 = Bourgondië (3 schuine balken in blauw en goud).
8 = Valois (3 Lelies).
9 = Brabant (Gouden leeuw).
10 = Vlaanderen (Zwarte leeuw).
11 = Tirol (Rode adelaar).


VLA.16: gigot (duit).(GH.338 - AvK.74)

VOORZIJDE: Schuin geplaatst stokkenkruis welke door een gekroond vuurijzer is heen gestoken. Aan het vuurijzer hangt de keten van de orde van het gulden vlies en aan weerszijden staat het jaartal.

TEKST: (Lelie) PHIL. IIII. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX (of variant). Dit is voluit: Philippus IIII Dei gratia Hispaniarum et Indiarum rex, en betekent: Philips IIII, bij Gods gratie koning van Spanje en de Indiën (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild (1) met twee kwartieren en een hartschild.

TEKST: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. ET. CO. FLAN. c (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie et comes Flandrie (zc): aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Olivier van Steelant.
    
    1623
    1624
    1625
    1626
    1627

Muntmeester: Jan van den Plancke.

    1645

Muntmeester: Christoffel de Ceuninck.

    1650     1657
    1652     1658
    1653     1659
    1654     1660
    1655     1661
    1656



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) PHIL. IIII. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX


KZ: a: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FLAN. Z
    b: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. ET. CO. FL. Zc
    c: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. ET. CO. FL. Z
    d: .ARCH. AVS. REX. BVRG. CO. FLAN. Z



Info:

Voorschrift 128 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 1,92 gram per stuk.

Geslagen aantallen:
Periode 13 augustus 1624 tot 14 september 1627 ca. 505.991 stuks.
Periode 19 september 1653 tot 4 december 1654 ca. 25.344 stuks.
Periode 23 november 1655 tot 3 juli 1658 ca. 57.936 stuks.
Periode 4 juli 1658 tot 3 december 1661 ca. 20.224 stuks.



VLA.17: liard (oord).(GH.336 - AvK.71)

VOORZIJDE: Gekroond vuurijzer omgeven door 3 wapenschildjes. Links Oostenrijk, rechts Bourgondië en onder Vlaanderen.

TEKST: (Lelie) .PHIL. IIII. D:G. HISP. ET. INDIAR. REX. (of variant). Dit is voluit: Philippus IIII Dei gratia Hispaniarum et Indiarum rex, en betekent: Philips IIII, bij Gods gratie koning van Spanje en de Indiën (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroonde wapenschild (2) met aan weerszijden het jaartal.

TEKST: ARCH. AVS. DVX. BVRG. ET. CO. FLAN. c. (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie et comes Flandrie Z c, en betekent: aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Olivier van Steelant.
    
    1622
    1623
    1624
    1625
    1626
    1627

Muntmeester: Jan van den Plancke.

    1643
    1644    
    1645
    1646
    1647

Muntmeester: Christoffel de Ceuninck.

    1648     1656
    1650     1657
    1652     1658
    1653     1659
    1654     1660
    1655     1661



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) .PHIL. IIII. D:G. HISP. ET. INDIAR. REX.
    B: (Lelie) .PHIL. IIII. D:G. HISP. ET. INDIA. RREX.


KZ: a: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FLAN. Zc.
    b: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FLAN Zc
    c: .ARCH. AVS. DVX. BVRG. ET. CO FL. Zc.
    d: .ARCH. AVS. REX. BVRG. ET. CO FL. Z
    e: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. Z
    f: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. Zc.




Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk.

Geslagen aantallen:
Periode 12 september 1622 tot 9 augustus 1624 ca. 192.000 stuks.
Periode 13 augustus 1624 tot 14 september 1627 ca. 110.725 stuks.
Periode 10 juni 1643 tot 23 oktober 1645 ca. 1.101.032 stuks.
Periode 31 oktober 1645 tot 15 juli 1648 ca. 42.968 stuks.
Periode 19 september 1653 tot 4 december 1654 ca. 338.704 stuks.
Periode 5 december 1654 tot 17 november 1655 ca. 58.096 stuks.
Periode 23 november 1655 tot 3 juli 1658 ca. 768.376 stuks.
Periode 4 juli 1658 tot 3 december 1661 ca. 110.336 stuks.

Variant Ae (1644), Aureo &Calico subasta 330, lote 688.
Variant Bf (1650), particuliere collectie.




De munten van Karel II (1665-1700)

Karel II volgde op 4 jarige leeftijd zijn vader Philips IV op. Het regentschap tot zijn meerderjarigheid in 1676 wordt waargenomen door zijn moeder, Maria Anna van Oostenrijk. Karel II gebruikte dezelfde wapenschilden als zijn voorganger op de koperen munten van Vlaanderen. Op de duiten van het type 1 en op de oorden het type 2.
(Zie voor afbeelding en verklaring bij Philips IV).


VLA.18: gigot (duit).(GH.357 - AvK.119)

VOORZIJDE: Schuin geplaatst stokkenkruis welke door een gekroond vuurijzer is heen gestoken. Aan het vuurijzer hangt de keten van de orde van het gulden vlies.

TEKST: (Lelie) CAR - OL. II. D.G - HISP. ET - INDIARVM - REX (of variant). Dit is voluit: Carolus II Dei gratia Hispaniarum et Indiarum rex, en betekent: Karel II, bij Gods gratie koning van Spanje en de Indiën (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met twee kwartieren en een hartschild, jaartal naast de kroon.

TEKST: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. . (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie comes Flandrie, en betekent: aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Willem Galle.

    1700



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) CAR - OL. II. D.G - HISP. ET - INDIARVM - REX


KZ: a: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. C. FLAN Z
    b: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. Z.



Info:

Voorschrift 128 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 1,92 gram per stuk. Geen informatie over slagaantallen.



VLA.19: liard (oord).(GH.356 - AvK.112)

VOORZIJDE: Gekroond vuurijzer omgeven door 3 wapenschildjes. Links Oostenrijk, rechts Bourgondië en onder Vlaanderen.

TEKST: (Lelie) .CAROL. II. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX. (of variant). Dit is voluit: Carolus II Dei gratia Hispaniarum et Indiarum rex, en betekent: Karel II, bij Gods gratie koning van Spanje en de Indiën (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met meerdere kwartieren, aan weerszijden van het wapen het jaartal.

TEKST: ARCH. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. C (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie comes Flandrie Zc, en betekent: aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Jan Pieters.

    1680
    1681

Muntmeester: Antoine de la Derriere.

    1685

Muntmeester: Charles van der Heijden.

    1686



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) .CAROL. II. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX.


KZ: a: ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FLAN. Z
    b: ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FLAN. Zc
    c: ARCH. AVST. DVX. BVRG. CO. FLAN. Zc


Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk.

Geslagen aantallen:
Periode 5 juni 1676 tot 15 maart 1683 ca. 31.360 stuks.
Periode 2 mei 1685 tot 8 april 1686 ca. 332.128 stuks.
Periode 2 mei 1686 tot 4 oktober 1689 ca. 518.202 stuks.



VLA.20: liard (oord).(GH.356 - AvK.115/116)

VOORZIJDE: Gekroond vuurijzer omgeven door 3 wapenschildjes. Links Oostenrijk, rechts Bourgondië en onder Brabant.

TEKST: (Lelie) CAROL. II. D.G. HISP. ET. INDIARVM. REX (of variant). Dit is voluit: Carolus II Dei gratia Hispaniarum et Indiarum rex, en betekent: Karel II, bij Gods gratie koning van Spanje en de Indiën (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond wapenschild met meerdere kwartieren, aan weerszijden van de kroon het jaartal.

TEKST: ARCHID. AVST. DVX. BVRG. C. FLAN. (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie comes Flandrie, en betekent: aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Jean François de la Derrière.

    1691     1696
    1692     1698
    1693     1699
    1694     1700
    1695

Bekende afslagen etc.

    6191 (verkeerd gesneden jaartal)


Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: (Lelie) .CAROL. II. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX.
    B: (Lelie) CAROL. II. D.G. HISP. ET. INDIAR. REX


KZ: a: ARCH. AVS. DVX. BVRG. C. FL.
    b: ARCH. AVS. DVX. BVRG. CO. FL.
    c: ARCHID. AVST. DVX. BVRG. C. FLAN Z

    I :
Wapenschild is aan de onderzijde rond.
    II:
Wapenschild heeft een puntje aan de onderzijde.


Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk.

Geslagen aantallen:
Periode 4 januari 1690 tot 14 april 1693 ca. 3.817.952 stuks.
Periode 2 augustus 1693 tot 15 januari 1696 ca. 5.271.160 stuks.
Periode 16 januari 1696 tot 3 juli 1700 ca. 9.223.440 stuks.

Op 11 september 1689 kreeg muntmeester de la Derrière een paspoort om 12.000 mark koperen plaatjes via de Nederlanden naar Brugge te transporteren om daar oorden van te slaan. Op 11 juni 1693 werd hem wederom een paspoort verleend voor de hoeveelheid van 20.000 mark koperen plaatjes. Deze hoeveelheden plaatjes waren goed voor ca. 2.048.000 stuks oorden. Op 15 april 1693 is ook een paspoort verleend voor 60.000 stuks koperen plaatjes voor de muntmeesters van Brabant en Vlaanderen. Hoeveel er hier van naar ieder munthuis zijn gegaan is mij niet bekend.



De munten van Karel VI (1711-1740)

Na het kinderloos overlijden van de Spaanse koning Karel II op 1 november 1700, brak er onenigheid uit over de bezittingen van het Spaanse rijk en dus ook over de zuidelijke Nederlanden. Karel II had Philips van Anjou, 2e kleinzoon van Lodewijk XIV van Frankrijk, per testament zijn gehele rijk nagelaten. Philips van Anjou werd zo koning Philips V van Spanje. De republiek, Engeland en de Duitse keizer waren het met deze gang van zaken niet eens en dit ontaarde in de Spaanse successieoorlog die 10 jaar duurde omdat geen van alle partijen elkaar kon uitschakelen. Tijdens de vrede van Utrecht in 1713 werd uiteindelijk overeengekomen dat Philips V koning van Spanje bleef en dat de Oostenrijkse pretendent Karel III (sinds 12 oktober 1711 keizer Karel VI van Duitsland) de soevereiniteit over de zuidelijke Nederlanden kreeg.


VLA.21: liard (oord).(dM.1 - AvK.155)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Karel VI naar links, met daaronder een lelie.

TEKST: CAROLVS VI D:G: - ROM: IMP: HISP: REX. (of variant). Dit is voluit: Carolus VI Dei gratia Romanorum Imperator Hispaniarum rex, en betekent: Karel VI, bij Gods gratie Duits keizer en koning van Spanje (de tekst gaat op de keerzijde verder).

KEERZIJDE: Gekroond monogram van drie maal de letter C, boven de kroon het jaar.

TEKST: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. C. FLAND. c. (of variant). Dit is voluit: archidux Austria dux Burgundie comes Flandrie Zc, en betekent: aartshertog van Oostenrijk, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen.
 

Muntmeester: Jean de la Court.

    1712
    1713
    1714
    1715



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: CAROLVS VI D:G: - ROM: IMP: HISP: REX.


KZ: a: .ARCHID. AVST. DVX. BVRG. C. FLAND. Zc.



Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk. Geslagen aantallen: periode 20 mei 1712 tot 12 mei 1713 ca. 3.199.408 stuks.

Op 17 juni 1712 vaardigden de Staten-Generaal een plakkaat af tegen het uitgeven van Brabantse en Vlaamse oorden. Hier zullen wel de oorden van dit type mee zijn bedoeld. Deze liards komen veel voor als overslag over oudere exemplaren, zie hier een voorbeeld.



De munten van Maria Theresia (1740-1780)

Maria Theresia werd in 1717 geboren en huwde in 1736 met Frans van Lotharingen. Na de dood van haar vader, Karel VI, brak er wederom onenigheid uit over het bezit van de Oostenrijkse erflanden en de zuidelijke Nederlanden. Maria Theresia volgde haar vader op maar vertrouwde de administratie over de Nederlanden toe aan haar zuster Anna en haar echtgenoot Karel, hertog van Lotharingen. Pruisen, Beieren, Frankrijk en Spanje betwisten echter haar erfenis en de Oostenrijkse successieoorlog brak uit (1740-1748). Hierdoor verkreeg haar echtgenoot pas in 1745 de titel van keizer van Oostenrijk. Frankrijk viel in 1745 de zuidelijke Nederlanden binnen maar moest deze, toen uiteindelijk de vrede werd getekend, toch weer afstaan aan Maria Theresia (verdrag van Aken op 13 oktober 1746). De koperen munten van Maria Theresia hebben net als die van Karel VI geen wapen. Op de keerzijde staat i.p.v. een wapen de tekst AD USUM BELGII AUSTR. (voor gebruik in de Oostenrijkse Nederlanden).



VLA.22: liard (oord).(AvK.210)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Maria Theresia naar rechts, onder de hals de letter H van de graveur Harrewyn.

TEKST: MAR. TH. D:G. HUNG. BOH. - R. AR. AUS. D. BURG. (of variant). Dit is voluit: Maria Theresia Dei gratia Hungaria Bohemia regina, archidux Austria, dux Burgundie, en betekent: Maria Theresia, bij Gods gratie koningin van Hongarije en Bohemen, aartshertogin van Oostenrijk en hertogin van Bourgondië.

KEERZIJDE: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje) Dit betekent: voor gebruik in de Oostenrijkse Nederlanden.
 

Muntmeester: Joseph François Gordon.

    1744
    1745



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: MAR. TH. D:G. HUNG. BOH. - R. AR. AUS. D. BURG.


KZ: a: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje)



Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk. Van de jaren 1744 en 1745 is de gezamenlijke oplage ca. 1.664.683 stuks.



VLA.23: liard (oord).(AvK.212)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Maria Theresia naar rechts met halssnoer om en oorbel in.

TEKST: M. T. D.G. R. JMP. G. H. - B. REG. A. A. D. BURG. (of variant). Dit is voluit: Maria Theresia Dei gratia Romanorum imperatrix, Germania, Hungaria, Bohemia regina, archidux Austria, dux Burgundie, en betekent: Maria Theresia, bij Gods gratie Rooms keizerin, koningin van Duitsland, Hongarije en Bohemen, Aartshertogin van Oostenrijk en hertogin van Bourgondië.

KEERZIJDE: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje) Dit betekent: voor gebruik in de Oostenrijkse Nederlanden.
 

Muntmeester: Lambert Mille.

    1749
    1750
    1751
    1752


Bekende afslagen etc.

    1750 (vz over kz geslagen en vice versa, tevens medaille slag)


Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: M. T. D. G. R. JMP. G. H. - B. REG. A. A. D. BVRG.


KZ: a: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje)



Info:

Variant Aa (1752), particuliere collectie.

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk. Oplagen niet bekend.

De gegevens van de overslag/medailleslag oord zijn: gewicht 3,28 gram en diameter 24 mm terwijl de normale diameter van de oorden ca. 22 is.
Op 17 april 1752
vaardigden de Staten-Generaal een plakkaat uit waarin de zogenaamde Brabantse "Koninginne oortjes" in Staats Vlaanderen niet meer gangbaar werden verklaard voor twee duiten maar slechts voor een duit.



VLA.24: dubbelle liard (dubbel oord).(AvK.211)

VOORZIJDE: Borstbeeld van Maria Theresia naar rechts met halssnoer om en oorbel in.

TEKST: M. T. D.G. R. JMP. G. H. B. REG. A. A. D. BURG. (of variant). Dit is voluit: Maria Theresia Dei gratia Romanorum imperatrix, Germania, Hungaria, Bohemia regina, archidux Austria, dux Burgundie, en betekent: Maria Theresia, bij Gods gratie Rooms keizerin, koningin van Duitsland, Hongarije en Bohemen, Aartshertogin van Oostenrijk en hertogin van Bourgondië.

KEERZIJDE: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje) binnen een takkenversiering. Dit betekent: voor gebruik in de Oostenrijkse Nederlanden.
 

Muntmeester: Lambert Mille.

    1749
    1750
    1751
    1752
    1753



Voorkomende voor- en keerzijde varianten:

VZ: A: M. T. D. G. R. JMP. G. H. B. REG. A. A. D. BVRG.


KZ: a: AD / USUM / BELGII / AUSTR. / jaar. / (leeuwtje)


Info:

Voorschrift 64 stuks uit een mark, dit geeft een gewicht van ca. 3,84 gram per stuk. Oplagen niet bekend.