V.O.C. duiten
in Holland
Vanwege de behoefte aan kleingeld werden door de VOC schellingen,
dubbele stuivers, stuivers en sinds 1724 duiten naar de oost gebracht. Deze eerste zending duiten
waren van het gewone Hollandse type uit het munthuis te Dordrecht. Een duit was in Azië echter
¼ stuiver waard in plaats van ⅛ stuiver, hij was daar dus het dubbele waard. Dit nodigde uit tot
omvangrijke illegale handel van duiten naar Azië waardoor al snel besloten werd om een eigen V.O.C. type te gaan maken. Alleen dit eigen type werd gangbaar verklaard. Op de meeste van
deze duiten staat op de keerzijde alleen het wapen van de provincie waar de duiten geslagen zijn
en verder geen tekst. Op de voorzijde staat het V.O.C. monogram met daaronder het jaartal. Dit
nieuwe type werd in 1726 voor het eerst geslagen. Tevens zijn er sinds 1749 halve duiten
geslagen echter in mindere mate. Omdat deze duiten bedoeld waren voor de oost en daar het
dubbele waard waren is het niet verwonderlijk dat V.O.C. duiten hier niet of nauwelijks worden
teruggevonden in de bodem. De weinige exemplaren die hier gevonden worden
zullen zijn
verloren door b.v. zeelieden en handelaren van de V.O.C. Een aanwijzing dat
zij eenmaal terug in Holland toch gecirculeerd moeten hebben is de vondst in
Vught van een VOC duit vast gecorrodeerd aan een normale Zeeuwse duit.
VOC duit vastgeplakt aan een reguliere Zeeuwse duit, laat 18e eeuw.