Weert

De stad Weert (stadsrechten in 1414) was de hoofdstad van het graafschap Hoorne en is nu een gemeente in Limburg gelegen aan de Zuid-Willemsvaart in de Peel. Sinds ca. 1360 hebben de heren van Hoorne (sinds 1450 graven) munten geslagen. De hier onder vermelde oorden zijn geslagen tijdens de regering van Filips de Montmorency (1524-1568), graaf van Hoorne. Hij had het graafschap geërfd van zijn stiefvader Jan van Hoorne die na de dood van zijn echte vader (Joseph de Montmorency) met zijn moeder Anna van Egmond was gehuwd (1532). Ook de heerlijkheid Altena en de graafschappen Nieuwenaar, Meurs en Sarwerden waren in zijn bezit. Filips was een vooraanstaand krijgs- en staatsman. Hij was onder andere. stadhouder van Gelderland (1555-60), lid van de Raad van State (1561) en ridder van het Gulden Vlies (1556). Deze Filips de Montmorency is samen met de graaf van Egmond op de Grote Markt te Brussel onthoofd vanwege hun zogenaamde rol in de opstand tegen koning Philips II.

Aan de Molenstraat staat een 16e eeuws gebouw met zogenaamde Gelderse geveltop waarvan men zegt dat daar destijds de munten werden geslagen. Het stond van ouds bekend onder de naam "De Keizer". In een acte wordt het ook vermeld als "daar waar men eertijds de munten sloeg". Het gebouw is als woonhuis ( van o.a. de schout Costerius ) en later ook als pakhuis in gebruik geweest en er is nu een restaurant in gevestigd. De Weerter oorden zijn (mis)bruikt door het Weerter "Wollenambacht" (weversgilde ) die deze oorden voorzagen van een "klop" met de afbeelding van een weversspoel. Deze werden vervolgens als "lakenloodje" (een soort waarmerk van herkomst en kwaliteit) ingenaaid in de coupons wollen stof

 

Rechts een muntachtig object aanwezig in het Weerter museum, fotograaf Pascal Kneepkens. Mogelijk zijn dit soort objecten ook gebruikt als waarborgmerk voor wollen stof uit Weert.
 

Deze wollen stof werd in die tijd in grote getale geëxporteerd via Antwerpen, Bergen op Zoom en Haarlem naar Holland, Engeland en zelfs tot Schotland toe. Dit is mogelijk ook de reden van de extreem grote zeldzaamheid van deze Weerter oorden. De meeste exemplaren zijn elders in het ongerede geraakt en zo uit het zicht verdwenen.


 

MUNTMEESTERS:
VAN  -  TOT:
Jan van Luemel
Peter Bossenhoven
1567
vóór 1568



WEE.1: oord.(vdCh.XII.22 - PW 9701)

VOORZIJDE: Een vertikaal gedeeld wapenschild met links een roos en rechts de drie hoorns van Hoorne, boven de wapens de tekst WEERT.

KEERZIJDE: Een vertikaal gedeeld wapenschild met links een klauwende leeuw naar rechts en rechts de keper (chevron) van de stad Weert, boven de wapens het jaartal 1566.

Muntmeester: (mij) niet bekend.

    1566 R3




WEE.2: oord.(vdCH.XII.23 - PW 9702)

VOORZIJDE: Een vertikaal gedeeld wapenschild met links een roos en rechts de drie hoorns van Hoorne. Onder elk wapen staan nu het cijfer 7. Boven de wapens de tekst WEERT.

KEERZIJDE: Een vertikaal gedeeld wapenschild met links een klauwende leeuw naar rechts en rechts de keper (chevron) van de stad Weert, boven de wapens het jaartal 1566.

Muntmeester: (mij) niet bekend.

    1566 R3